“Ze zijn corrupt, ze hebben het volk bestolen en uitgebuit. Den man musu sroto!” Dat zegt Edgar André Dikan, nummer 2 op de kandidatenlijst van de BEP en ondervoorzitter van de partij, in gesprek met Key News Suriname. Hij pleit voor harde, strafrechtelijke vervolging van alle corrupte overheidsfunctionarissen.
Dikan betreurt het dat foute ambtsdragers in het huidige kabinet met de mantel der liefde worden bedekt, terwijl het volk gebukt gaat onder hun wanbeleid. Onder het motto “A model musu kenki!” kondigt de BEP ingrijpende hervormingen aan binnen het overheidssysteem. Corruptie wordt daarbij benoemd als een kankergezwel dat zonder pardon moet worden weggesneden.
Dikan benadrukt dat de aanpak direct na de machtswisseling moet beginnen, zonder aanzien des persoons: ‘Wie fout is, moet boeten. Geen vriendjespolitiek. Geen bescherming meer voor dieven in driedelig pak’.
De BEP-ondervoorzitter waarschuwt dat alle inspanningen om het bestuur te decentraliseren en burgers nauwer te betrekken bij beleid, volledig zinloos zullen zijn als corruptie niet met wortel en tak wordt uitgeroeid.
Tijdens een felle toespraak eind vorige maand in Sophia’s Lust, haalde hij hard uit naar de regering. “Zodra de verkiezingsuitslag op 26 mei bekend is, zouden we hun paspoorten moeten kunnen innemen. Ze mogen niet vluchten. Ze weten zelf dat ze gerommeld hebben. Ze hebben gestolen, misbruik gemaakt van hun positie, het volk beroofd. Het is genoeg geweest. Ze moeten boeten!”
Dikan haalde tijdens het gesprek met Key News Suriname een aantal ernstige schandalen aan, variërend van corruptie tot grof wanbeleid. Hieronder enkele punten waarvoor hij de aandacht vroeg:
– Het Surfin-schandaal: nauwe kring rond de president overtrad meerdere wetten, maar bleef onbestraft.
– De omstreden miljardendeal met een Italiaans bedrijf.
– Gesjoemel met voedselpakketten voor de bevolking.
– Percelen-roof in het Sabakoe-project.
– Miljoenenverlies bij SLM zonder dat verantwoordelijken werden aangepakt.
– De Brokopondo-overstroming door mismanagement, met rampzalige gevolgen voor burgers.
– Het intimideren en monddood maken van kritische burgers.
– Het traineren van grondenrechten-wetgeving.
– Corruptie bij de gunning van de wegverharding Nieuw-Nickerie – Apoera (LVV).
– Onregelmatigheden bij verkaveling in Saramacca.
– Corruptie bij het Van ’t Hogerhuys-project, onder verantwoordelijkheid van Openbare Werken.
Ondanks deze reeks van misstanden speelt de president volgens Dikan onwetendheid: “Hij doet alsof zijn neus bloedt. In sommige gevallen heeft de rechter moeten ingrijpen. In andere gevallen zijn er halfslachtige onderzoeken gestart, waar de samenleving nooit meer iets van hoorde. Nu willen ze wéér doorgaan alsof er niets aan de hand is”.
De BEP-kandidaat onderstreept dat vervolging weliswaar in handen ligt van het Openbaar Ministerie, maar dat De Nationale Assemblée en de regering een rol hebben om wetten en structuren te creëren die échte rechtshandhaving mogelijk maken. Ook wijst hij erop dat DNA-leden politieke ambtsdragers in staat van beschuldiging kunnen stellen. ‘Het is duidelijk: deze regering beschermt haar eigen mensen, ook als de corruptie overduidelijk is,’ stelt hij scherp. Dikan roept instituten en burgers die beschikken over bewijsmateriaal op om dit na de regeringswisseling over te dragen aan het OM, met het uitdrukkelijke verzoek tot vervolging.
De voormalig minister van Regionale Ontwikkeling (2015 – 2020) stelt onomwonden: ‘Als je thuisniet hebt geleerd om je klauwen van andermans spullen af te houden, word je ook als minister geen eerlijk mens.’ Volgens Dikan is vervolging niet alleen noodzakelijk uit oogpunt van gerechtigheid, maar ook als morele genoegdoening voor het volk: “Elke cent in de staatskas behoort toe aan de samenleving. Wie steelt van het volk, steelt van ieder van ons”.
Tot slot roept hij de journalistiek op om vastberaden te blijven in het blootleggen van misstanden. “Zonder vrije pers, geen controle. Zonder controle, geen rechtvaardigheid”.
Dikan: “De BEP zal geen enkele corrupte functionaris in bescherming nemen, ook niet als het eigen partijmensen zijn. Suma fufuru, musu sroto. A model musu kenki!”