De regering handelt niet doortastend om de samenleving op te vangen bij het doorvoeren van maatregelen, zoals het afbouwen van subsidies, wat drastische prijsverhogingen met zich meebrengt.
Het sociaal programma dat momenteel wordt uitgevoerd, is teleurstellend, ondermaats en moet ook transparanter plaatsvinden. De regering heeft de ruimte om de “social protection” te realiseren niet benut, met als gevolg sociale onrust. Dit zei Anastasia Guscina, de delegatieleider van het IMF in Suriname, tijdens de recente persconferentie op het ministerie van Financiën en Planning. Parlementariër Patricia Etnel, in gesprek met ABC TV, zegt dat dit een bevestiging is van wat ze constant aangeeft in het hoogste college van Staat.
De uitspraak van de meeste coalitie parlementsleden, die deze regering prijzen, is volgens Etnel altijd geweest dat het IMF geen sociaal beleid ondersteunt. “Ze hebben het volk constant misleid door aan te geven dat het sociaal beleid dat de regering uitvoert, iets is dat de regering zelf wil. Ik ben bijzonder blij met de uitspraak van de monetaire instelling. Het is ondenkbaar dat het IMF ervoor kiest om de Surinaamse samenleving te verarmen.” Het parlementslid merkt op dat het ministerie van Sociale Zaken volledig wordt ondermijnd. “Kabinetten en het ministerie van Financiën hebben een sociaal programma. Het kan niet en mag niet.” Ze geeft aan dat er totaal geen structuur is in het beleid en stelt dat Chan Santokhi de geschiedenis ingaat als de president van een honderdtal commissies en platformen zonder resultaat. “Het is triest, maar dat is de erfenis die hij heeft gecreëerd.”
Volgens Etnel is het verschrikkelijk dat het IMF je in eigen land op de vingers moet tikken. “Elke keer wijzen parlementariërs je erop wat niet door de beugel kan, maar je kiest ervoor om te doen wat je wilt. De vakbonden zijn nu in actie omdat de regering niet luistert.” Etnel zegt dat de regering de btw had moeten verhogen op transactiekantoren. “Ga naar de casino’s en Suribet-shops. Maar nee, we willen de kleine man duperen. Waarmee zijn we bezig in dit land?” vraagt de politica zich retorisch af.