“Het is eigenlijk best een confrontatie. Je ziet dat er niet veel is veranderd toen en nu” merkt een van de filmgangers op. De Film Oema Foe Sranan werd na 46 jaar eindelijk weer getoond en dan wel op Surinaamse bodem. De film is een in de jaren zeventig productie die toen de uitdagingen van vier Surinaamse vrouwen in Suriname en Nederland moest weerspiegelen.
At van Praag, initiatiefnemer en oprichter van Cineclub Vrijheidsfilm, trachtte met Oema Foe Sranan de politieke burgerbeweging in Suriname en Nederland te tonen. Oema Foe Sranan is de eerste documentaire over Suriname, waar Sranan tongo wordt gesproken en is geregisseerd door Praag. Cineclub was een beweging van activisten die sociaal-maatschappelijke issues bespreekbaar maakten door deze vast te legen. Er zou in de jaren 70 sprake zijn van censuur in Nederland. Door Oema Foe Sranan te maken hadden mensen in Nederland een duidelijk beeld van met welke uitdagingen Surinamers toen te maken hadden.
In essentie gaat de film over de dagelijkse struggles om uit te komen als eenoudergezin met 9 en soms 11 kinderen. Of als Surinaamse vrouw uitkomen in een land waartegen wordt gediscrimineerd in de jaren zeventig. Maar een ding hebben de vrouwen gemeen; het vinden van een beter leven voor hen en hun kinderen. “Je krijgt eerst een gevoel van nostalgie, daarna boosheid en ook verdriet, want je ziet dat mensen nog steeds zo denken en niet zijn veranderd”, merkt Chantal op.
Sonja, Jettie, Somai en Sylvie de vier Surinaamse vrouwen die openhartig vertellen hoe hun leven was in een gebroken kinderrijke gezin. Op Somai na, die een vrouw van een landbouwer was, waren de andere vrouwen alleenstaande moeders, die met alle uitdagingen van toen voor hun kinderen proberen te zorgen, terwijl ze met minder dan 70 gulden verdienen. Het wachten op de overheid en of een man om voor je zelf te kunnen zorgen is een gedachtegang die nog bij vele vrouwen leeft. Maar ook behoren tot een politieke partij om je leven te verbeteren is nog steeds valide in deze tijd. “En dit is wat we vooral moeten veranderen. Hiermee moeten we de mensen confronteren om wijze besluiten te maken straks wanneer men naar de stembussen gaat”, zegt Chantal.
“Het moet die strijdvaardigheid in ons aanwakkeren en terugbrengen”
Desondanks zegt Wilgo Koster, coördinator van Stichting Buurtorganisatie Latour (Stibula), dat Oema Foe Sranan Surinamers en vooral vrouwen bij elkaar moet brengen. “Het moet die strijdvaardigheid in ons aanwakkeren en terugbrengen”, geeft Koster aan. Samen met Stichting Convivio zal Stibula de film naar verschillende districten brengen en vertonen. Afgelopen weekend was zij reeds in Commewijne bij huize Simbah. Ook Koster is van mening dat door de samenleving de film te vertonen dat wij als samenleving weliswaar ook de handen in eigen boezem moeten steken. “We moeten aan onszelf gaan werken en weten wat we in het verleden fout hebben gedaan. Maar we moeten niet opgeven en door blijven strijden voor verbetering”, aldus Koster.
De film wordt officieel overgedragen aan het Nationaal Archief door Stichting Convivio, Tilon is van mening dat de Surinaamse documentaire in Suriname thuishoort. Rita Tjien Fooh, directeur en nationaal archivaris, heeft niet getwijfeld toen Oema Foe Sranan werd aangeboden aan NAS. Voor de officiële vertoning van de film aan het publiek hebben onderzoekers de film vooraf gezien vorig jaar in februari. “Ze zijn gelijk aan de slag gegaan om onderzoek te doen naar de sociaal-maatschappelijke vraagstukken die in de documentaire aan de orde komen. Het resultaat van het onderzoek zal in een NAS foto-expositie worden gepresenteerd midden mei.”