Justitieminister Kenneth Amoksi is niet van mening dat de autoriteiten klassenjustitie voeren in de uitvoer van de 8 Decembermoorden. Hij geeft aan dat alle procedures tot nu toe worden uitgezet in de uitvoering van deze zaak en alles stipt wordt gevolgd.
De minister geeft aan dat hij nog geen rapportage heeft ontvangen ten aanzien van de invallen die zijn gepleegd op het adres van de veroordeelden in de Decembermoorden case. Desi Bouterse en Iwan dijksteel. Dit vertelde hij aan journalisten voor aanvang van de vergadering van de ministerraad. De bewindsman gaf reporters ook aan dat hij niet van mening is dat er sprake is van klasse justitie bij de uitvoering van het vonnis in de zaak.
Amoksi merkt verder op dat hij geen uitspraken kan doen over de advocaten van Dijksteel en Bouterse. Hij stelt dat er wel duidelijk contact is geweest tussen de raadsmannen en het openbaar ministerie. Dat de twee mannen, Dijksteel en Bouterse, zich niet hebben aangemeld om hun straf uit te zitten, is volgens Amoksi niet wat verwacht werd. Stephanus Dendoe, Benny Brondenstein en Ernst Geffrie hebben zich wel aangemeld met raadsman Irwin Kanhai. Deze mannen moeten samen met Dijksteel 15 jaar achter de tralies. Bouterse moet 20 jaar brommen volgens zijn vonnis.
De politie heeft rond 3 uur in de ochtend een inval gedaan op de adressen van Desi Bouterse en zijn voormalige lijfwacht Iwan Dijksteel. Minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, Internationale Business en Internationale samenwerking geeft aan dat de zaak internationale aandacht geniet.
Ramdin zegt dat hij weet dat de belanghebbende autoriteiten, die zich bezighouden met de vervolging in deze zaak, hun taken te vervullen hebben. Hij stelt dat waar de regering haar taak heeft om ondersteunend te zijn in termen van de uitvoerende diensten, zeker zal worden ingebracht op verzoek van de procureur-generaal. De minister zegt dat er een bepaald traject moet worden bewandeld en dit nu loopt. “Wij volgen dat en vanuit de regio is er veel belangstelling. Zowel Guyana, Brazilië als Frankrijk zijn geïnteresseerd in wat gaande is.”