“Ons land heeft open grenzen en hiermee komen er een tal van uitdagingen als het gaat om de veiligheid. Grenscontrole is op zich een uitdaging voor vele landen. Suriname is daar geen unicum in, echter met de crisis waarmee wij nu te kampen hebben is dat een extra uitdaging”, zegt Defensie minister Krishna Mathoera.
Suriname heeft dit jaar meegedaan met de tweede River Council meeting met Frans-Guyana. Binnen deze council zijn er duidelijke afspraken gemaakt en zaken die aangepakt moeten worden tussen Suriname en Frans-Guyana als het gaat om grenscontrole en activiteiten rondom onze gedeelde grenzen. De grens waarop controle moet worden uitgevoerd is meer dan 500 km lang. Omdat er verschillende instanties belast en betrokken zijn bij de grenscontrole, moet er goed overleg plaatsvinden.
“Via het ministerie van Regionale Ontwikkeling is er overleg geweest met al de verschillende instanties en dat we goed afstemmen wie wat doet. Het is vooral een uitdaging omdat het blijkt dat geen van de instanties voldoende geïnvesteerd hebben gekregen in de afgelopen jaren om goed voorbereid te zijn op die job”, zegt Mathoera.
Mathoera benadrukt dat er middelen nodig zijn willen we een gedegen grenscontrole hebben. Het Nationaal Leger heeft in de afgelopen jaren geïnvesteerd in de aankoop van enkele boten. In 2020 heeft zij twee boten aangeschaft en in 2021 weer eens twee boten om haar zichtbaarheid te vergroten op de rivier. “Binnen een maand moeten de boten worden overgedragen en wil dat zeggen dat wij nu vier boten hebben om te patrouilleren.”
Om toch enige grenscontrole uit te voeren, heeft defensie ook gezorgd voor de nodige training voor haar mensen. Zelfs kan zij niet optreden als blijkt dat er een overtreding is. “Als we een boot zien langsgaan hebben we niet de bevoegdheid om te stoppen en bevragen. Willen we een operatie uitvoeren dan zijn we afhankelijk van de politie die wel de bevoegdheden heeft.” Er moet dus, in afstemming met de politie, patrouille worden uitgevoerd.
Behalve grenscontrole als uitdaging, is het illegaal goudmijnen op de Marowijnerivier ook een issue waarmee de autoriteiten kampen. “We hebben het Openbaar Ministerie ondersteund bij het optreden tegen de illegale skalians. We zijn ook afhankelijk van de Fransen als het gaat om informatie. Desondanks staan wij klaar om het Openbaar Ministerie te ondersteunen indien er moet worden opgetreden.”
De militairen hebben de samenwerking met de Surinaamse Kustwacht ook meer vorm gegeven door een samenwerkingsovereenkomst te tekenen. Minister Mathoera zegt dat het Nationaal Leger elke week ongeveer 16 mannen ter beschikking heeft voor de kustwacht, die al jaren te kampen heeft met manschappen tekort. “Daar kijken we naar een win-winsituatie. We ondersteunen de kustwacht zodat wij kunnen assisteren bij het surveilleren op de Atlantische Oceaan en anderzijds kunnen onze mensen kennis en ervaring opdoen, omdat wij geen zeewaardige boten hebben.”