Guyana herhaalt haar standpunt dat ze geen bilaterale gesprekken met Venezuela over het grensgeschil zal hervatten, maar zal vertrouwen op het Wereldhof voor de oplossing, zoals besloten onder de Geneefse Overeenkomst van 1966.
“Wevolgen de Geneefse Overeenkomst van 1966 nauwgezet. We hebben bilaterale gesprekken gevoerd en dat is mislukt. We hebben, zoals ik al zei, de Overeenkomst van 1966 gebruikt, die voorzag in de keuze van een pad voor de definitieve oplossing door de secretaris-generaal van de Verenigde Naties”, zei minister van Buitenlandse Zaken Hugh Todd gisteren tegen Stabroek News toen hij werd gecontacteerd.
Het standpunt van Georgetown komt op een moment dat de Venezolaanse president Nicolás Maduro afgelopen weekend zei dat hij opnieuw wilde onderhandelen over de kwestie die momenteel voor het Internationaal Gerechtshof (ICJ).
Het grensgeschil tussen Guyana en Venezuela heeft decennialang een bron van spanning en onenigheid tussen de twee landen gevormd. De kern van het geschil draait om de territoriale aanspraken van Venezuela op het gebied van de Essequibo-rivier, een gebied dat ongeveer twee derde van het grondgebied van Guyana beslaat.
Deze territoriale aanspraken dateren terug tot de 19e eeuw, maar werden vooral problematisch toen Guyana in 1966 onafhankelijkheid verkreeg van het Verenigd Koninkrijk. Venezuela heeft de territoriale soevereiniteit van Guyana sindsdien betwist, wat heeft geleid tot een voortdurende diplomatieke en juridische strijd.
De Geneefse Overeenkomst van 1966 was bedoeld om het grensgeschil te beslechten en bevatte een mechanisme voor het bepalen van een definitieve oplossing. Volgens de overeenkomst zou de Verenigde Naties secretaris-generaal een oplossing voorstellen, die vervolgens zou worden voorgelegd aan beide landen voor goedkeuring.
Guyana heeft consistent vastgehouden aan dit proces en heeft het Internationaal Gerechtshof (ICJ) aanvaard als het orgaan dat de zaak zal behandelen. Venezuela daarentegen heeft de beslissing van het ICJ om de zaak te aanvaarden afgewezen en heeft herhaaldelijk op bilaterale onderhandelingen aangedrongen.