Tijdens de begrotingsbehandelingen zijn door president Santokhi opnieuw “vele” maatregelen aangekondigd die genomen zijn of genomen zullen worden om de productie te stimuleren.
De Progressieve Arbeiders en Landbouwers Unie (PALU) is van mening dat bij de genoemde maatregelen de samenhang totaal ontbreekt. In de afgelopen periode heeft het monetair regeerbeleid zelfs grote klappen uitgedeeld aan de productie, doordat de prijzen van inputs omhoog schoten.
En ontbreekt ook de instelling van de nodige certificeringsinstituten en verbetering van exportfaciliteiten, wat momenteel een grote beperking vormt voor de export van met name agrarische producten. Volgens de PALU zal deze werkwijze niet resulteren in een groei van de productie, maar eerder in frustraties bij boeren en andere ondernemers en uiteindelijk een verlies van publieke gelden.
MEER GELD EN DAN?
In de productie stimulering van de regering lijken het Nationaal Ontwikkelingsfonds Agribusiness (NOFA) en het KMO-fonds voor kleine en middelgrote ondernemingen centraal te staan. Het NOFA-fonds is een kredietfonds voor de agrarische sector met een startkapitaal van SRD100 miljoen en het zou reeds operationeel zijn.
De ervaringen met het oude Agrarisch Kredit Fonds (AKF) zijn geweest dat het verlenen van alleen financiële middelen niet automatisch leidt tot productieverhoging. Boeren hebben toen met geleende gelden zelfs andere “activiteiten” opgezet buiten de “noodlijdende” agrarische sector.
Boeren zijn namelijk niet geholpen als ze met meer geld meer produceren, maar hun producten niet kunnen afzetten. Of als door het regeerbeleid tegelijkertijd de inputs duurder worden, zodanig dat hun kosten boven de opkoopprijs komen zoals in de rijstsector. De boeren raken op deze wijze met torenhoge schulden van de regen in de drup.
FRIENDS AND FAMILY
Ondertussen zijn de exporten naar Europa drastisch omlaag gegaan, omdat de Surinaamse overheid niet in staat is gebleken om gunstige randvoorwaarden voor de boeren te creëren, zodat de export gegarandeerd bleef. Zo ontbreekt het nog steeds aan goed functionerende instituten die samen met de boeren aan de vereiste certificeringen kunnen werken.
Partijpolitieke bemoeienissen, waaronder het benoemen van “Friends and Family” op de diverse ministeries hebben juist geleid tot een gebrek aan kader dat nodig is om de productiesector op een hoger niveau te tillen. En juist maatregelen die gericht zijn op het vasthouden en/of aantrekken van deskundigheid ontbreken geheel in de opsomming van de President.
HANDELSMISSIES
De President kondigde ook handelsmissies aan. Er zouden virtuele handelsmissies met diverse landen zoals Nederland en Brazilië zijn uitgevoerd, alsook diverse buitenlandse reizen. Onbekend is hoeveel bedrijven uit Suriname hieraan hebben kunnen meedoen.
De deelname aan de Floriade in Nederland werd volledig gefinancierd door Nederlandse ondernemers van Surinaamse komaf in Nederland. Tot zover bekend heeft geen enkel bedrijf uit Suriname aan de Floriade deelgenomen.
Wel zijn enkele “beleidsmedewerkers” van het ministerie van Landbouw Veeteelt en Visserij (LVV) afgereisd om deel te nemen aan dit evenement. De vraag blijft ook hierbij, indien onze producten en bedrijven niet kunnen voldoen aan internationale eisen, hoe effectief zullen deze buitenlandse reizen en handelsmissies zijn? Ook is de vraag of en zo ja hoe de opgedane ervaringen van de LVV-beleidsmedewerkers in beleid zal worden omgezet.
MILJOENEN VERGOOIEN
De President heeft inmiddels in het algemeen al een heleboel beloofd, zonder resultaat. Ook bij deze beloften in De Nationale Assemblee ontbreken de juiste daden en vooral de samenhang. Wederom zal achteraf blijken dat vele honderden miljoenen SRD’s zullen zijn vergooid vanuit de genoemde fondsen, terwijl de productie zelf weinig op gang is gekomen.
Naast tegenstrijdige maatregelen, blijkt ondertussen in de praktijk dat de regering een stapje verder wil gaan als het gaat om buitenlandse investeerders. De PALU roept de regering op om het nationaal belang centraal te stellen. Een eerste stap daartoe is proberen om meer een samenhang in het regeerbeleid te brengen om vooral samen met Surinaamse ondernemers de nationale productie daadwerkelijk te stimuleren.