De Surinaams-Nederlandse topartiest Kenny B (Kenneth Bron) ondersteunt de strijd van de Inheemsen, de eerste bewoners van Suriname, voor wettelijke erkenning van hun grondenrechten.
“Ik ondersteun de Inheemse bevolking in de strijd voor het recht op hun grond in Suriname. Er is hen al te veel ontnomen. Als we hen vergeten, heeft niemand recht van spreken.” Aldus de populaire zanger op maandag 1 mei 2023 op zijn facebookpagina.
Hij postte de boodschap met een foto waarop hij te zien is in gezelschap van Inheemsen gestoken in traditionele klederdrachten. Uit een reeks reacties blijkt dat het statement van Kenny B is omarmd door Inheemsen en anderen die de Inheemse zaak steunen.
In een reactie laat een volger blijken dat het standpunt van de artiest niet verrassend is, aangezien hij in een van zijn nummers de Inheemsen ook al heeft genoemd. De persoon verwijst kennelijk naar het hitnummer ‘Paramaribo’ waarin Kenny B onder meer zingt: ‘Paramaribo, stad van de Indianen’. De Inheemsen strijden al jaren moeizaam voor wettelijke erkenning van hun rechten op hun woon- en leefgebieden en natuurlijke hulpbronnen. Die strijd wordt deels samen gevoerd met de marrons. Ofschoon de Inheemse gemeenschap nimmer als collectief politieke invloed heeft verworven om hun zaak op het hoogteniveau te bepleiten, zijn ze standvastig gebleven de hun strijd.
Kali’nen en Lokono Vonnis
Die strijd resulteerde onder meer in het Kali’na en Lokono vonnis. Het Kali’na en Lokono vonnis werd op 25 november 2015 uitgesproken door het Inter-Amerikaanse Commissie voor Mensenrechten (IACHR) van de Organisatie van Amerikaanse Staten(OAS). De rechtszaak werd in 2007 aanhangig gemaakt door de Vereniging van Inheemse Dorpshoofden in Suriname (VIDS) en haar regionale werkarm voor beneden-Marowijne KLIM (Kali’na en Lokono in Marowijne).
Het vonnis verplicht de Staat Suriname onder meer tot:
- De collectieve rechtspersoonlijkheid van álle Inheemse en Tribale (Marron) volken wettelijk erkennen, hun grondenrechten wettelijk erkennen en hen een collectieve titel op hun grond verstrekken;
- De nodige maatregelen treffen zodat Inheemse en Tribale volken effectieve rechtsbescherming in Suriname genieten(en dus niet steeds naar het Inter-Amerikaans Hof hoeven te stappen);
- Een Ontwikkelingsfonds instellen, als genoegdoening voor de Inheemse volken van het Beneden-Marowijnegebied;
- Zorgen voor rehabilitatie van het uitgemijnde gebied binnen het Wanekreek natuurreservaat.
Conceptwet
Met dit vonnis in de hand hadden de Inheemsen nog meer voeten in de aarde tegenover de Staat. Zo kregen ze onder meer gedaan dat volksvertegenwoordigers tijdens de regering Bouterse II (2015-2000) een initiatiefwetsvoorstel indienden bij De Nationale Assemblee (DNA), De Wet Collectieve Rechten Inheemse en Tribale Volken richtte zich niet alleen op wettelijke erkenning en bescherming van de grondenrechten, maar ook op andere collectieve rechten, traditioneel gezag en bestuur en free, prior and informed consent (FPIC) van de inheemse en de tribale volken in Suriname.
Dit concept was voorbereid onder aansturing van de toenmalige minister van Regionale Ontwikkeling (Edgar Dikan) in nauwe samenwerking met belanghebbende groepen. Het wetsontwerp werd na de verkiezing van 25 mei 2020 aangehouden. Uiteindelijk diende de regering Santokhi een gereviseerd wetsvoorstel in:
Aangezien behandeling en goedkeuring van het wetsvoorstel steeds op de lange baan wordt geschoven, heeft de VIDS in april dit jaar stopzetting geëist van gronduitgifte in hun woon- en leefgebieden totdat de collectieve rechten wettelijk zijn erkend. VIDS-voorzitter Muriel Fernandes heeft de verklaring waarin de eis is opgetekend, overhandigd aan DNA-voorzitter Marinus Bee.