Een man, C.W., die nauwelijks uit de gevangenis was, werd al gauw weer opgepakt door de politie. Hij stond deze week terecht voor mishandeling en afpersing van een oude vriend met wie hij eerder was opgepakt voor een misdrijf. Na het uitzitten van zijn straf ging hij verhaal halen bij de comparant, omdat die volgens hem vrijuit was gegaan door hem te verraden. Hij eiste ook SRD 500 van de man.
“Het is aan hem te wijten dat ik dertien maanden in de gevangenis heb gezeten. Toen ik vrij was, kwam ik hem tegen voor de Centrale Markt, dus heb ik hem ermee geconfronteerd. Ik heb hem gevraagd waarom hij mij dat heeft aangedaan. Hij gaf mij toen SRD 500. Nadat ik het geld had aangenomen, zei hij dat ik er een fles Gramoxone mee moest kopen en drinken, zodat hij mij nooit meer zou zien. Ik werd kwaad en ik heb hem geslagen”, aldus C.W. in de rechtszaal.
Het slachtoffer heeft bij de aangifte verklaard dat hij en de verdachte enige tijd terug inderdaad samen waren aangehouden, maar dat hij eerder vrijkwam. Toen ze elkaar bij de markt tegenkwamen, dreigde C.W. hem te mishandelen als de aangever hem geen geld zou geven. De vrouw van het slachtoffer besloot hem het bedrag te geven om een escalatie te voorkomen. Tot verbazing pakte de verdachte het geld en bracht alsnog enkele vuistslagen toe aan de man, wat resulteerde in een bloedneus en een blauw oog.
In een tweede geval van mishandeling waarvoor C.W. ook terechtstaat, heeft het slachtoffer een snee opgelopen aan zijn bovenlip. Het slachtoffer stond voor een winkel bier te drinken toen hij zonder aanleiding werd aangevallen. Volgens eigen verklaring had de aangever hem beledigd.
De openbare aanklager herinnerde C.W. eraan dat hij vaker door de politie is opgepakt, ondermeer voor mishandelingen. Hij blijkt zelfs zijn eigen vader te hebben mishandeld en bedreigd. Steeds weer had hij het geluk dat de aangevers de zaak introkken,waardoor het niet tot een veroordeling kwam.
C.W. reageerde in zijn laatste woord verontwaardigd op het feit dat de officier van justitie een celstraf van tien maanden tegen hem had geëist. “Moet ik nu tien maanden zitten voor twee vuistslagen? Nou, als ik op die manier weer naar de gevangenis moet, dan maar zo,” zei hij.
Volgens hem doet hij niemand kwaad, maar heeft hij juist pech dat de problemen van alle kanten op hem afkomen. Wat zijn vader betreft, vond hij dat die de mishandeling zelf had gezocht. “Ik had voor hem gewerkt, maar in plaats van mij te betalen, bracht hij het geld naar zijn buitenvrouw”, luidde de verklaring. De rechter legde hem uiteindelijk een celstraf van vier maanden op met aftrek van de tijd in voorarrest.