Valerie van Ommeren keek dinsdagavond met een voldaan gevoel, terwijl haar dochter Ravalcheny met de openingsgoal van de wedstrijd bijdroeg aan de ruime 5-1 zege van de Surinaamse nationale vrouwenvoetbalselectie op Antigua en Barbuda. Het hielp de stress van het afgelopen weekend te vergeten.
Ravachelny van Ommeren maakte deel uit van het vijftal diasporavoetbalsters dat in het weekend op het vliegveld in Puerto Rico achterbleef. De vrouwenselectie speelde vrijdag in en tegen dat land haar derde Concacaf pre-kwalificatieduel (2-0 verlies), maar spits Van Ommeren, doelvrouw Mayra Tjin A Koeng, verdedigers Griffith Vaissaire en Rowena Ondaan en middenvelder Amy Banarsie konden de dag erna niet met de rest vertrekken, omdat bleek dat voor hen een verkeerde terugdatum was geboekt (8 in plaats van 9 april) voor de connectievlucht naar Miami.
Het gebeuren zorgde voor beroering rondom het team. Vooral de families van de speelsters waren er ontstemd over dat de voetbalsters urenlang, zonder begeleiding – delegatieleider en bestuurslid van de Surinaamse Voetbalbond (SVB), Bidjai Mankoe en teammanager Haroen ‘Luna’ Thakoerdien vertrokken eerder, op de airport achter zijn gelaten. Moeder Van Ommeren maakte zich ongerust over haar pas achttienjarige dochter, de jongste van de groep. “Ik was constant in contact met Ravachelny en ik kan zeggen dat de meisjes op dat moment van vertrek op de luchthaven aan hun lot zijn overgelaten.”
Toen ze van haar dochter te horen kreeg dat de speelsters zonder een verantwoordelijke op de luchthaven waren achtergelaten, nam moeder Van Ommeren contact op met zowel Mankoe als SVB-voorzitter John Krishnadath. Mankoe ging vervolgens zelf terug naar Puerto Rico om de voetbalsters op te halen. Ze werden daarna naar een hotel gebracht en samen kwamen ze dinsdagochtend vroeg in Suriname aan. “Maar de meisjes hebben zaterdag vanaf drie uur ’s nachts tot kwart voor twaalf op de luchthaven gezeten, de hele tijd zonder te eten, omdat de winkels pas om elf uur opengingen.” Pas in het hotel kregen ze weer te eten.
Moeder Van Ommeren maakte haar bezorgdheid ook kenbaar aan Mankoe. Krishnadath maakte er werk van dat de speelsters internetbereik hadden, zodat ze in de tussentijd in contact konden blijven met hun familie. De voetbalsters zijn eveneens van geld voorzien om kleding aan te schaffen, zodat ze de dagen in Puerto Rico konden doorkomen tot hun uiteindelijke vertrek.
Vanwege het voorval, maar ook om andere zaken die speelden, had het vijftal zelfs geen zin meer om de laatste pre-kwalificatiewedstrijd van dinsdag in het Franklin Essedstadion tegen Antigua en Barbuda af te werken. “Ravalcheny was in het begin erg teleurgesteld. Ze wilde eerst niet meer spelen en liever terug naar huis, omdat ze zoveel had opgegeven om bij de selectie te kunnen zijn om nu dit alles mee te maken.” De voetbalster veranderde later van gedachte. Ze zei: “Ik wil wel naar Suriname om de laatste wedstrijd te spelen. Ik heb niet voor niets gekozen om voor Suriname uit te komen en dat doe ik vol trots.” Moeder Van Ommeren adviseerde haar dochter en de andere speelsters het laatste duel wel af te werken. “Want we zingen in het volkslied toch ook ‘Strey dé fu strey, wi no sa frede’?. Dan moeten we strijd voeren.”
Statement selectie
Bij terugkomst in Suriname liet de selectie in een statement weten dat het duel tegen Antigua en Barbuda voor hen het laatste zal zijn onder het huidige bestuur, onder leiding van Krishnadath. “Wij zullen hierna niet meer uitkomen voor de nationale selectie, zolang dit bestuur er nog zit”, luidt de verklaring.
Naast het voorval van het afgelopen weekend hebben de speelster zich ook gestoord aan ‘de dubieuze uitsluiting van aanvoerder Hadassa Brandon, die niet mocht meegaan van de keeperstrainer om kosten te besparen en ook het niet meegaan van een fysiotherapeut.
De speelsters klagen dat de wijze waarop de damesselectie wordt behandeld haaks staat op de behandeling van de mannenselectie. Het stoort onder andere dat voor hen geen trainingskampen worden ingepland wanneer er geen officiële interlands op schema staan.
“Dit is nog maar het topje van de ijsberg of anders gezegd, dit is voor ons spreekwoordelijk en letterlijk de druppel. Het is een schandalige vertoning van het bestuur, een die laat zien dat verantwoordelijkheidsgevoel en professionalisme ver te zoeken zijn”, staat verder nog in de verklaring te lezen.“Dit bestuur is zolang aan het roer en al jaren worden wij aan het lijntje gehouden. Onder een ander bestuur, dat bereid is onze selectie waardig te behandelen, zoals het hoort, zullen wij ons beschikbaar stellen en klaarstaan indien er een beroep op ons wordt gedaan.”