De premier van Barbados, Mia Motley, had een duidelijke boodschap voor de rijke landen tijdens de klimaatconferentie COP26 in Schotland. “De stijging van twee graden is een doodvonnis voor de eilanden”, zegt Mottley tijdens haar openingstoespraak. Zij moedigde andere landen aan om te blijven vechten tegen klimaatverandering, want met de stijgende temperaturen komt het bestaansrecht van vele eilanden in gevaar door de stijgende zeespiegel en het extreme klimaat.
In de strijd om klimaatverandering te vertragen zijn landen als Barbados in de frontlinie, maakt Mottley duidelijk. Motley geeft aan dat het voor landen als Barbados bijna onmogelijk is om de nodige investeringen te plegen om zich aan te passen aan de gevolgen van de klimaatverandering. Geld dat Barbados niet heeft met een staatsschuld van 144 procent boven het bnp van haar land. Sinds haar aantreden in 2018 heeft Mottley de staatschuld van Barbados aangepakt. Zij wist te onderhandelen voor een herschikking van haar schulden en wist een clausule in te bouwen dat bij extreme klimaatcatastrofes er een onderbreking komt van de rentebetaling.
Wederopbouw zwaarder
Maar met de natuurlijke rampen gecombineerd met de effecten van de Covid-19-pandemie is de wederopbouw van Barbados alsmaar zwaarder geworden. Haar economie is gekrompen met 17 procent in 2020. “Je hebt het in feite over het potentiële verlies van een decennium’, zegt Mottley. Opkomende landen zoals Barbados hebben financiële ondersteuning nodig om zich te kunnen aanpassen aan klimaatveranderingen en om de strijd aan te gaan tegen dit wereldfenomeen. De ontwikkelde landen hebben 12 jaar geleden voorgehouden dat landen zoals Barbabdos 100 miljard Amerikaanse dollars per jaar in financiële ondersteuning zouden kunnen krijgen om dit in 2020 te kunnen doen, maar dat doel is helaas niet bereikt. Dit is volgens de Barbadiaanse premier niet langer voldoende. Het is niet alleen een kwestie van landen die verantwoordelijkheden delen, zegt ze, maar om hun voortbestaan veilig te stellen. “Dit gaat voor ons over leven en dood. Het gaat om de stabiliteit van een natie.”