Nepotisme is vanaf het aantreden van het huidige kabinet verheven tot de nationale sport van Suriname. En de regering-Santokhi is de beste speler in het veld. Ondanks herhaalde beloften om het benoemingsbeleid eindelijk in lijn te brengen met transparantie en integriteit, staat dit in schril contrast met de werkelijkheid. De regering, die in het begin werd geprezen als een frisse wind van verandering, heeft het helemaal gemist om eindelijk af te rekenen met de onmiskenbare ‘friends and family’-politiek. In plaats van de beloofde hervormingen, zijn we getrakteerd op hetzelfde oude spelletje van vriendjespolitiek. Met het oog op de verkiezingen van 25 mei wordt het tijd dat een nieuwe regering daadwerkelijk een eind maakt aan nepotisme – als dat überhaupt nog mogelijk is.
Het is duidelijk dat het huidige beleid geen invulling geeft aan de beloften die gedaan werden tijdens de verkiezingscampagnes van 2020. In plaats van deskundigheid en ervaring als de kern van het benoemingsbeleid te hanteren, worden politieke banden en familierelaties nog steeds als leidraad gebruikt. Het resultaat is een ondoeltreffende en intransparante overheid die het vertrouwen van de bevolking heeft beschadigd. Het gebrek aan echte hervormingen op dit gebied is niet alleen schadelijk voor de democratie, maar heeft ook een negatieve invloed op de bredere sociaaleconomische situatie van het land. Suriname heeft dringend behoefte aan een overheid die de principes van meritocratie en professionaliteit serieus neemt.
Om dit tij te keren, moet de nieuwe regering concrete acties ondernemen om nepotisme te elimineren en de bestuurscultuur daadwerkelijk te hervormen. Het is tijd om de politiek van vrienden en familie achter ons te laten en een nieuwe weg in te slaan. De volgende voorstellen kunnen als basis dienen voor een stevig anti-nepotisme beleid dat de regering na 25 mei zou moeten omarmen. De nieuwe regering moet zich strikt houden aan de bestaande wetgeving en ervoor zorgen dat benoemingen en aanstellingen worden gedaan volgens de juiste procedures. Dit betekent dat de regering haar benoemingsbevoegdheden niet mag misbruiken om eigen politieke of familiale belangen te dienen. De wet moet niet alleen een richtlijn zijn, maar ook een verplichting.
Een belangrijke stap zou zijn het invoeren van een specifieke Anti-Nepotismewet, inclusief sancties voor overtredingen. Deze wet zou ervoor moeten zorgen dat overheidsfunctionarissen die betrokken zijn bij nepotisme, worden bestraft. En dat er strikte controles worden ingesteld bij de benoeming van ambtenaren en staatsfunctionarissen. Het zou het politieke speelveld moeten egaliseren en iedereen gelijkwaardige kansen moeten bieden. Er zou een systeem moeten worden ingevoerd op basis van competenties, ervaring en prestaties. De regering moet onmiddellijk beginnen met het afschaffen van nevenfuncties voor overheidsfunctionarissen, met name voor diegene die in sleutelposities zitten. Nevenfuncties leiden vaak tot belangenconflicten, wat de efficiëntie van het bestuur ondermijnt. Het is belangrijk dat beleidsmakers zich volledig kunnen richten op hun taken zonder externe belangen die hen afleiden van hun werk voor de publieke zaak.
Het benoemingsproces voor sleutelposities in de overheid moet worden overgelaten aan een onafhankelijke HR-organisatie die geen politieke voorkeuren heeft. Dit betekent dat er geen ruimte mag zijn voor politieke patronage bij het aanstellen van hoge ambtenaren, bestuursleden en managers. De focus moet liggen op de competentie van het individu en diens vermogen om het nationale belang te dienen. Tot slot, de belangrijkste voorwaarde voor het succesvol bestrijden van nepotisme is de politieke wil van de regering om verandering door te voeren. De president en andere leiders moeten duidelijke stappen durven zetten om het vertrouwen van de bevolking terug te winnen. Dit kan alleen door concrete maatregelen en door het voorbeeld te geven. Leiderschap is niet alleen het maken van beloftes, maar het nemen van acties en het tonen van vastberadenheid om een cultuur van goed bestuur te realiseren.
Suriname staat op een kruispunt, en de keuzes die de nieuwe regering na de verkiezingen van 25 mei maakt, zullen bepalend zijn voor de toekomst van het land. Het is tijd voor een breuk met het verleden; een breuk met nepotisme en vriendjespolitiek die de vooruitgang hebben belemmerd. Suriname verdient een regering die haar burgers dient op basis van competentie, integriteit en transparantie. Alleen door het omarmen van een nieuwe bestuurscultuur kan het vertrouwen tussen de overheid en de bevolking worden hersteld en kan Suriname weer het pad naar welvaart en vooruitgang bewandelen.