Ik heb mij altijd afgevraagd waarom wij onze eigen omgeving vervuilen. Ik begon eerst te onderzoeken welke buurten heel erg vervuild zijn en kwam tot de conclusie dat het heel vaak de armere buurten zijn. Maar Suriname is een arm land, en dus is in feite het hele land vervuild.
Overal zie je plastic flessen en op veel hoeken gooien mensen afval. Terwijl ik mij afvroeg waarom wij ons land vervuilen, bedacht ik een theorie: “doti e har’ doti. Fu no har doti, moi a presi.” Ik had niet eens door dat ik heel dicht bij een bestaande theorie zat, namelijk de Broken Window-theorie. Straks meer daarover.
Anyway, ik moest “mijn theorie” bewijzen. Ik koos mijn berm uit om de theorie te toetsen. Ik maakte de goot en berm schoon, maar liet in het midden een kleine vuilnishoop staan. En precies wat ik theoretiseerde, gebeurde: doti har’ doti. Iedereen die er langsliep en rommel bij zich had, gooide die op mijn vuilnishoop. Ik moest binnen enkele dagen de hoop opruimen, anders was mijn berm veranderd in een vuilnisbelt.
Ik had dus “bewezen” dat werkelijk “doti e har’ doti.” Maar zou het tegenovergestelde dan waar zijn? Wat als ik ervoor kies om steeds en op tijd schoon te maken — zouden voorbijgangers dan nog steeds vervuilen? En het antwoord is nee. Na het opruimen van de vuilnishoop in het vorige voorbeeld, moest ik alleen nog zwerfvuil opruimen. Af en toe nog wat petflessen die door enkelen werden weggegooid, maar een vuilnisbelt is het nooit meer geworden.
Wat ik hierboven heb beschreven, is de Broken Window-theorie die in 1982 door Wilson en Kelling werd ontwikkeld. Het komt erop neer dat als kleine vormen van overlast, zoals zwerfvuil of een kapot raam, niet worden aangepakt, bewoners het gevoel krijgen dat niemand om de buurt geeft. Het gevolg is dat dit leidt tot meer vervuiling, vernieling en uiteindelijk zwaardere criminaliteit. Hun oplossing? Pak elke kleine vorm van overlast direct en resoluut aan.
Hoewel er regels zijn over hoe bijvoorbeeld om te gaan met afval, houdt niemand zich daaraan
Dus als we ons vervuilde land in ogenschouw nemen, is de oplossing simpel. Ten eerste moeten we ons land mooier en beter inrichten. Er is een reden waarom mensen minder geneigd zijn IMS te vervuilen: de plek is niet alleen schoon, maar ook heel mooi ingericht. Dus het eerste is: mooier inrichten. Dit is niet het geval met onze binnenstad. Onze stad stinkt, is heet en het lijkt alsof niemand zich druk maakt. Het gevolg is precies wat de Broken Window-theorie zegt: een lelijke, hete, kapotte, stinkende stad zal niemand respecteren.
Ten tweede moeten er meer voorzieningen zijn om bijvoorbeeld je vuil weg te gooien of simpelweg meer openbare toiletten plaatsen. Hoewel wildplassen verboden is, kan elke man zijn lul tevoorschijn halen en tegen elke muur pissen. Er zijn te weinig tonnen en als die er zijn, zijn ze te klein, overvol en worden niet tijdig geledigd.
Hoewel er regels zijn over hoe bijvoorbeeld om te gaan met afval, houdt niemand zich daaraan. Simpelweg omdat er geen handhaving is. Wie beboet een wildplasser? Waar moet hij dan plassen? Er zijn haast geen openbare toiletten. En vrouwen … die bekijken het maar. Wie stop asociale burgers die soms doelbewust vervuilen.
Daarnaast is er geen duidelijk afvalbeleid. Tenminste, dat beleid is niet duidelijk. Moeten we statiegeld invoeren voor pet- en glazenflessen? Moet er een plastic (verpakking) belasting komen waarbij elke burger SRD 20 betaalt per plastic zak?
Dit zijn enkele voorbeelden. Het probleem is natuurlijk complexer, maar we moeten beginnen. Misschien eerst voorzieningen. Misschien weer een soort BOG-korps in het leven roepen dat erop toeziet dat regels worden nageleefd. Misschien direct opruimen en elke vervuiler keihard straffen. Misschien meer politieke wil en daadkracht tonen. We moeten ergens beginnen, want so, no kan moro.
Ik hoop daarom dat het niet bij de verbijstering van Raymond Landveld blijft. Ik hoop dat deze regering daadwerkelijk een kenki brengt. Hoe klein dan ook zodat iedereen kan genieten van nieuwe schone mooie wegen.
Gregory Rijssen