In een tijd van groeiende onvrede en toenemende bezorgdheid hebben de lidbonden van de vakcentrales C-47 en COL, samen met veiligheidsdiensten, zich verenigd in een krachtige eenheid die al twee dagen lang een duidelijk signaal naar de regering stuurt. Het begon met de recent ingevoerde btw-verhogingen, een beslissing die als de spreekwoordelijke druppel fungeerde. Een golf van ongenoegen verspreidde zich onder de vakbeweging, gedreven door een diepgaand gevoel van fundamenteel onrecht.
Verdeeldheid overwonnen, maar niet zonder ironie
In deze context is het vermeldenswaard dat er lange tijd verdeeldheid heerste binnen de vakbeweging, waar het principe van verdeel-en-heers lijkt te hebben geprevaleerd. De recente bundeling van krachten is dan ook toe te juichen, vooral gezien de schijnbare onmacht van Ravaksur om daadkrachtig zaken gedaan te krijgen. Alsof verdeeldheid en het ontbreken van een gecoördineerde aanpak niet al genoeg uitdagingen waren, lijkt Ravaksur opmerkelijk effectief te zijn in het bereiken van weinig. Het is bijna vermakelijk hoe deze nieuwe eenheid van vakbonden, in schril contrast, nu een krachtig front vormt. Enigszins ironisch gezien de voorgaande situatie.
Communicatieve confetti zonder inhoud
In het schijnbaar ondoordringbare doolhof van communicatiepraktijken lijkt de regering van Suriname uit te blinken in afwezigheid van enige verbindende of interactieve communicatie. Het enige wat opmerkelijk consistent lijkt te zijn, is de dagelijkse stroom van berichten vanuit de Communicatie Dienst Suriname (CDS), die, eerlijk gezegd, eerder dienst lijkt te doen als het persoonlijk klankbord van president Chandrikapersad Santokhi dan als een echte informatieve entiteit.
CDS, de opvolger van het Nationaal Informatie Instituut (NII), lijkt een meester te zijn in het overuren maken om het ego van president Santokhi te verheerlijken. Bij het aantreden van de regering werd er met veel fanfare een transformatie aangekondigd bij het NII, omdat het volgens de VHP als campagne-orgaan werd ingezet door Cliff Limburg. Wellicht zou een naamsverandering naar “Communicatie Dienst Santokhi” de lading beter dekken, aangezien de huidige naam de suggestie wekt dat er daadwerkelijk communicatie plaatsvindt.
Op dagelijkse basis worden een tiental vage berichten naar de media gestuurd, als een soort communicatieve confetti die neerdaalt zonder enige substantiële inhoud. Het lijkt erop dat deskundig personeel bij de dienst snel de aftocht heeft geblazen of structureel is weggepest, alsof competentie en ervaring een bedreiging vormen voor deze communicatieve schijnvertoning.
Zelfs de woordvoering van de president lijkt geen kaas te hebben gegeten van hoe effectief in contact te staan met het volk. Wellicht heeft hij een handleiding nodig voor basisinteractie, want tot nu toe lijkt de communicatiestrategie meer op een toneelstuk zonder publiek. Het is ronduit fascinerend hoe de regering erin slaagt om een schijn van communicatie hoog te houden, terwijl de werkelijke betrokkenheid bij de bevolking schittert in afwezigheid.
In deze surrealistische wereld van communicatie parodieën blijft de vraag hangen: wanneer zal de regering werkelijk de kunst van open, transparante communicatie omarmen? Misschien is het tijd voor een serieuze heroverweging van de communicatiestrategie, zodat de bevolking niet langer wordt blootgesteld aan een dagelijkse dosis communicatieve nonsens.
Media en vakbeweging; wachters van democratie in tijden van onzekerheid
Aan de zijlijn van deze strijd om democratische waarden staan de media als de vierde macht. Hun rol is niet louter die van waarnemer, maar ook van kritische bewaker van transparantie en waarheidsvinding. In een tijd, waarin autoritaire regimes de neiging hebben de persvrijheid te beknotten, wordt de verantwoordelijkheid van de media om onafhankelijke en kritische berichtgeving te leveren des te zwaarder. Het zijn de journalisten die de feiten aan het licht brengen, de overheid ter verantwoording roepen en zo de pijlers van een open samenleving versterken.
De combinatie van de vakbeweging en media vormt een krachtig tegengeluid tegen de autoritaire koers van de regering. Samen kunnen zij een netwerk van checks-and-balances vormen, waarbij de belangen van de burgers centraal staan. Het is een gezamenlijke inspanning om de fundamenten van de democratie te beschermen en te versterken, zelfs in tijden van politieke turbulentie.
Om deze democratische bouwstenen te handhaven, is het cruciaal dat zowel de vakbeweging als media de steun krijgen van de bevolking. Burgers moeten zich bewust zijn van hun rol als actieve deelnemers in het democratisch proces en de waarde erkennen van deze instituties in het behoud van vrijheid, rechtvaardigheid en gelijkheid. Alleen door gezamenlijke inspanningen kunnen de vakbeweging en media als wachters van democratische principes blijven fungeren. Laten we deze krachten koesteren en ondersteunen, zodat zij als onverzettelijke hoeders van onze democratische waarden kunnen blijven optreden, zelfs in tijden van uitdaging en politieke onzekerheid.