De Progressieve Volkspartij (PVP) heeft een kort geding aangespannen tegen het Centraal Hoofdstembureau (CHS) en president Chan Santokhi. De partij stelt dat haar registratie onterecht is geweigerd en beschuldigt beide instanties van het overtreden van wettelijke voorschriften en het onjuist interpreteren van interne regels.
Volgens de PVP bepaalt artikel 35 van de Kiesregeling limitatief in welke gevallen het CHS de registratie van een politieke organisatie mag weigeren. In de zaak van de PVP zou geen van deze gronden van toepassing zijn. Toch hebben het CHS en het staatshoofd de registratie geweigerd, zonder zich te beroepen op een wettelijke weigeringsgrond.
De partij benadrukt dat haar huishoudelijk reglement (HR) voorschrijft dat bestuursbesluiten met een gewone meerderheid genomen worden. Het staatshoofd stelt echter dat de volmacht voor de registratie door het volledige hoofdbestuur ondertekend had moeten worden, ondanks dat artikel 7 lid 2 van het HR slechts een gewone meerderheid vereist. PVP beschouwt deze interpretatie als onjuist en vindt dat de autoriteiten onrechtmatig extra voorwaarden hebben toegevoegd aan de statuten en het huishoudelijk reglement van de partij.
In een recente e-mail van 9 maart 2025 lichte het CHS zijn weigering toe, maar de PVP noemt de argumentatie ‘klinkklare onzin’. De partij ziet de afwijzing als een bewuste poging om haar deelname aan de komende verkiezingen te dwarsbomen. Volgens de PVP is het besluit bovendien ondeugdelijk gemotiveerd en is zowel het motiverings- als het zorgvuldigheidsbeginsel geschonden.
De partij stelt dat de volmacht waarmee de registratie werd aangevraagd niet in strijd is met haar reglementen en dat de CHS en het staatshoofd geen juridische basis hebben om de registratie te weigeren. Daarnaast wijst de PVP op artikel 22 van haar statuten, waarin staat dat het hoofdbestuur beslist bij interpretatiegeschillen. In deze zaak bestaat er binnen het bestuur geen meningsverschil over de uitleg van de statuten en het HR, aldus de partij.
Met het kort geding wil de PVP afdwingen dat het CHS en het staatshoofd hun beslissing terugdraaien en de registratie van de partij alsnog goedkeuren. Het is nog onduidelijk wanneer de zaak zal worden behandeld.