Regering serieus bezig met schuldenvraagstuk

Tijdens de vergadering van De Nationale Assemblee van donderdag 23 juni heeft president Chandrikapersad Santokhi aangegeven dat de regering serieus bezig is geweest met het schuldenvraagstuk. “Ik zal het hier niet hebben over de problemen die de vorige regering heeft gecreëerd en die wij hebben moeten overnemen. Maar we weten dat het veel meer tijd en energie kost om een oplossing te vinden”, zegt Santokhi.

Het herschikken van de schulden is belangrijk voor het herstellen van de economie. Volgens recente cijfers van het Bureau van de Staatsschuld heeft Suriname op dit moment een totale schuld van USD 3.2 miljard. De bbp-ratio van de wettelijke schuld is 129 procent, wat niet meer dan 60 procent zou mogen bedragen. De president gaf aan dat de rente en terugbetalingsverplichtingen zodanig hoog zijn dat als Suriname deze zou betalen er geen geld zou zijn voor reguliere uitgaven zoals salarissen, sociale uitkeringen en subsidies.

Trajecten afgelopen

De regering heeft na haar aantreden twee trajecten gevold om de schuldenproblematiek op te lossen. Ten eerste is het traject van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) ingezet. Het staatshoofd geeft aan dat er een paralleltraject is ingezet om te kijken naar alternatieve financiering. “Het IMF-programma is in december 2021 begonnen en we maken goede vorderingen. Wij hebben ook de reputatie van Suriname bij het IMF kunnen herstellen. Een belangrijk onderdeel van het programma met de monetaire organisatie is het herschikken van leningen. Er zijn reeds goede resultaten bereikt”, geeft de regeringsleider aan in ’s lands vergaderzaal.

De managing director van het IMF, Kristalina Georgieva heeft vorige week op een regionale bijeenkomst van het IMF in Barbados expliciet haar waardering uitgesproken voor Suriname. “Men heeft in 2016 de goedkope IMF-lening afgebroken, vanwege de strenge condities die het IMF hanteerde. Toen is men gegaan naar Oppenheimer voor veel duurdere leningen, die zonder enige conditie konden worden aangewend. De gevolgen daarvan zijn bekend”, zegt president Santokhi.

Parisclub

Het staatshoofd heeft het hoogste college van staat ook meegedeeld dat minister Armand Achaibersing van Financiën en Planning momenteel in Parijs vertoeft met een technische delegatie. Daar zijn onderhandelingen gevoerd met een aantal leden van de Paris Club namelijk Nederland, Italië, Frankrijk, Sweden, en Israël, bij wie Suriname leningen heeft. Het gaat om een totaalbedrag van circa USD 100 miljoen.

Temidden van dit internationaal gezelschap heeft de Surinaamse delegatie onder leiding van minister Achaibersing succes geboekt voor Suriname. De Paris Club heeft namelijk volmondig ingestemd met de herziening van de schuld die Suriname heeft. “Dit betekent concreet dat Suriname de komende drie jaar in totaal USD 34 miljoen minder gaat betalen aan rente en aflossingen. Dit zal de bevolking meer ademruimte geven en helpen om het herstel van de economie te consolideren”, onderstreept het staatshoofd.