Minister Saskia Walden heeft officieel het roer overgedragen aan collega Rishma Kuldipsingh, die de scepter zwaaide op het Ministerie van Arbeid, Werkgelegenheid en Jeugdzaken. Ze blijft beschikbaar om vooral een adviserende rol te vervullen. De overdracht vond plaats op het Ministerie van Economische zaken, Ondernemerschap en Technologische innovatie.
Niet makkelijk
Walden vertelt dat zij het een uitdaging vond om met de huidige regering van start te gaan in tijden van de economische crisis. Het was geen moeilijke taak, vooral omdat alles moest plaatsvinden tijdens de uitbraak van de Covid-pandemie. “Vanuit mijn expertise als accountant en fraud examiner heb ik mijn bijdrage geleverd. Vooral waar er lekkages waren in de economie heb ik voor mezelf geëvalueerd waar ik mijn expertise het best kon inzetten.” De ‘lekkages’ moeten allemaal gedicht worden ten behoeve van een betere economie, omdat de welvaart niet zo optimaal doorstroomt naar de massa toe.”
Oplossingen
Walden zegt verder dat zij zich beschikbaar zal stellen voor het helpen herstellen van de economie. Ze zegt dat zij de nodige problemen binnen de samenleving die voor stremming van de economie zorgen, wil blijven aankaarten om steeds oplossingen te zoeken voor beter welslagen. Minister Kuldipsingh zegt dat het niet makkelijk was om afscheid te nemen van het ministerie waar zij de leiding had. Kuldipsingh zegt dat zij in een rijdende trein stapt en dat zij alle beschikbare personeel nodig zal hebben om de gestelde doelen te bereiken.
De bewindsvrouw stelt dat het geen zin heeft om binnen de organisatie verschillende richtingen op te gaan. Ze deed een oproep om alle neuzen in een richting te brengen. Ze legt uit dat zij haar krachten al heeft gegeven op het ministerie als ambtenaar waar zij nu als minister terugkeert. De organisatie is voor haar niet nieuw. “Ik weet dat er heel veel uitdagingen zijn. Ik heb drie weken hier mogen functioneren als minister ad-interim. En dit is het ministerie waar wij heel veel kunnen doen voor het volk. De samenleving verwacht veel. De president en regering, maar ook het buitenland verwachten veel van ons.” Kuldipsingh zegt te weten dat het volk met argusogen naar het ministerie kijkt en verwacht dat het daadwerkelijk een behoorlijke bijdrage levert aan de wederopbouw van de economie.