Het kabinet wil de excuses voor het slavernijverleden niet vastleggen in een wet. Volgens premier Mark Rutte zou dat leiden tot een “juridisering” van de maatschappelijke discussie, en dat wil hij niet.
Het Adviescollege Dialooggroep Slavernijverleden had zo’n wet aangeraden, net als Nationaal Coördinator tegen Racisme en Discriminatie, Rabin Baldewsingh, en een deel van de Tweede Kamer, meldt nieuws.nl
Rutte zegt dat het kabinet “vanuit een moreel-ethische overtuiging” mondeling excuses heeft aangeboden aan de nazaten van tot slaaf gemaakten. Hij vreest dat wettelijke verankering “het doel van de excuses, en dat is de spijtbetuiging voor het historisch leed van de zijde van de regering en een opstap naar verzoening, zou kunnen vertragen en zou kunnen vertroebelen.”
Bovendien heeft Nederland volgens hem geen traditie van dat soort wetten. Er komt wel nog een wettelijke verankering van het herstelfonds dat het kabinet eveneens heeft aangekondigd. Hij erkent dat deze keuze “ook een smaakkwestie” is.
Tunahan Kuzu denkt juist dat een juridische erkenning kan leiden tot een “verheldering en verscherping” van de uitgesproken excuses. “En als de minister-president het daar niet mee eens is, overweeg ik om het instrument van het initiatiefwetsvoorstel te gebruiken”, zegt hij. Dat is een wetsvoorstel op initiatief van een Kamerlid, in plaats van het kabinet.
Volgens Sylvana Simons (BIJ1) was slavernij onderdeel van het beleid van het toenmalige landsbestuur, ook juridisch. “Ik hoop dat hij heel goed begrijpt dat de nazaten behoefte hebben aan garantie dat de volgende minister-president niet zegt: daar heb ik geen herinnering aan.” Rutte zei daarop dat ook wetten weer aangepast kunnen worden.
Rutte staat wel open voor de suggestie van Salima Belhaj van D66 om expliciet naar de excuses te verwijzen bij de wet over het aangekondigde slavernijfonds. De premier vindt dat een “interessante gedachte” en gaat kijken of en hoe dat geregeld zou kunnen worden.