Het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur komt met speciale projecten om leerachterstanden bij scholen op te vangen. Dat zegt onderwijsminister Henry Ori woensdag aan journalisten voor aanvang van de raad van ministers. Hij geeft aan dat de staat een verantwoordelijkheid heeft voor studenten en daarom zal worden ingegrepen.
Ori geeft aan dat het de staat veel geld kost om met speciale projecten te komen om bijvoorbeeld leerachterstanden in te halen. De minister geeft aan dat de programma’s in de vakantie afgewerkt zullen worden. Hij benadrukt dat de achterstanden ronduit onacceptabel zijn.
Hij verduidelijkt dat het ministerie de achterstanden zal inlopen en hij verwacht van de leerkrachten en ouders dat die meewerken aan het programma. Hij stelt dat na 1 januari 2025 structureel veel meer zal worden ingezet op de middagscholen. Dit is vooral om hulp te bieden in een aantal districten. “Zo kan het niet anders.” Ori verduidelijkt dat er wel wat tegenwerking komt. Hij geeft aan dat het ministerie komende vrijdag een persconferentie zal houden waar directeur Poese van Algemeen Vormend Onderwijs precies gaat uitleggen wat er aan de hand is, stelt de bewindsman.
Ori geeft ook aan dat het belangrijk is dat het ministerie maatregelen gaat nemen om leerachterstanden te beperken. Dit zal zeker niet zonder slag en stoot gaan. “Wij staan ervoor en wij gaan ons werk gewoon doen.” Ten aanzien van het tekort aan natuurkunde-leerkrachten zegt de bewindsman dat er een traject is ingezet om nieuwe krachten te werven. Hij stelt dat hij heel vaak met de vraag geconfronteerd wordt over wat er aan het probleem wordt gedaan. Het probleem wordt volgens de functionaris wel opgelost.