In aanloop naar de verkiezingen van 25 mei wijst het ministerie van Binnenlandse Zaken op de mogelijkheid om bij uitzondering via volmacht te stemmen. Niet iedere kiezer komt hiervoor in aanmerking. De aanvraag moet uiterlijk zes dagen vóór de verkiezingen worden ingediend.
Stemmen bij volmacht betekent dat een kiesgerechtigde – de zogeheten volmachtgever – een andere stemgerechtigde machtigt om namens hem of haar een stem uit te brengen. Deze regeling is strikt beperkt tot specifieke gevallen waarin de volmachtgever op 25 mei niet zelf naar de stembus kan gaan.
De volmachtregeling is van toepassing op:
- leden of plaatsvervangende leden van een stembureau of hoofdstembureau die op de dag van de verkiezingen buiten het district of ressort moeten werken waar zij zelf op de kiezerslijst staan, mits de afstand tussen werkplek en stemlocatie meer dan 30 kilometer bedraagt;
- leden van het Korps Politie Suriname of het Nationaal Leger die in dienstverband buiten hun district worden ingezet;
- personen die zitting hebben in het Centraal Hoofdstembureau of het Onafhankelijk Kiesbureau, alsook toezichthouders of controleurs van het Onafhankelijk Kiesbureau.
De aanvraag voor een volmacht moet uiterlijk zes dagen vóór de verkiezingsdag worden ingediend bij de districtscommissaris van het bestuursressort waar de volmachtgever geregistreerd staat. Daarbij is een schriftelijke verklaring nodig van de beoogde gemachtigde, waarin hij of zij verklaart bereid te zijn om namens de volmachtgever te stemmen.
De volmacht wordt ter plaatse opgemaakt en ondertekend door zowel de volmachtgever als de districtscommissaris, en voorzien van een officieel stempel. De gemachtigde ontvangt vervolgens de volmacht én de oproepingskaart van de volmachtgever, die hij op 25 mei moet overleggen bij het stembureau.
Belangrijk is dat zowel de volmachtgever als de gemachtigde op hetzelfde stembureau moeten stemmen. Bovendien mag een kiezer slechts voor één persoon als gemachtigde optreden. Het bezitten van meer dan één volmacht is strafbaar.
Met deze regeling wil de overheid garanderen dat alle betrokken functionarissen in het verkiezingsproces hun stemrecht kunnen uitoefenen, ook als zij elders dienst moeten doen.