“Suriname is echt een groen juweel van het Amazonegebied”, zegt Axel Schmiegelow, directeur van reisagentschap iTravel. Zijn bedrijf, dat vooral zijn diensten en toeristische producten aanbiedt in Duitsland, is van mening dat als toeristen naar Suriname komen ze de volle pond moeten betalen voor de ervaring. “Als Suriname werkelijk wil verdienen aan het toerisme dan moeten de Europese toeristen de werkelijke kosten van jullie natuur en diensten betalen”, zegt Schmiegelow maandag 2 mei tijdens de Friends of Green Suriname (FOGS) presentatie. Schmiegelow zijn bezoek aan Suriname is in het kader van zijn ontmoeting met Conservation International, tijdens de NOAH-conferentie in Zürich.
FOGS is een initiatief van Conservation International (CI) die verschillende bedrijven in Suriname heeft gebundeld om samen te werken aan bescherming van duurzaam gebruik van onze bossen. Verder geeft FOGS commercieel advies aan CI, zodat gemeenschappen zich op duurzame wijze kunnen ontwikkelen en verdienen. Directeur van CI, John Goedschalk, zegt dat Suriname, wil het echt verdienen met toerisme, ook moet investeren. Goedschalk heeft in zijn presentatie voorbeelden aangehaald, zoals Costa Rica dat jaarlijks 1 miljoen Amerikaanse dollar investeert en daarvoor 30 miljoen dollar terug verdient op jaarbasis.
“Je moet dus eerst investeren wil je er wat uit verdienen”, geeft Goedschalk aan. Conservation International is al enkele jaren bezig om van natuurpark Brownsberg een Private Public Partnership te maken waar particuliere bedrijven investeren in het duurzaam weder opbouwen van Brownsberg. “Ik heb er echt geloof in dat het goed kan komen met Brownsberg, als wij de juiste partners en investeringen hiervoor vinden”, zegt Goedschalk.
Dat Suriname veel meer zou kunnen verdienen aan toerisme wordt ook beaamd door de voorzitter van de United Tour Guides in Suriname, Yves Tjon. Dat er meer geïnvesteerd moet worden en dat Suriname vooral moet werken aan zijn marketing en aanpak, staat volgens hem buiten kijf. “Alleen blijven we erover praten, maar doen heel weinig”, geeft Tjon aan.
Schmiegelow onderstreept dat Suriname moet waken dat het ook slachtoffer wordt van de valkuilen in het toerisme. Zo zijn er landen die toegeven en een massa toeristisch product goedkoop willen verkopen. “Dat brengt weinig rendement op voor de samenlevingen en de mensen die werken binnen de sector en dat moeten we voorkomen. Want niet alleen het land moet eraan verdienen, maar ook de kok die moet zorgen voor de maaltijden bij de tours en de gidsen die hun kennis delen”, is de mening van de reisagent.
Goedschalk, die voorstander is voor het duurzaam gebruiken van onze bossen geeft aan dat Suriname en de gemeenschappen in het binnenland er niet onderuit komen om commerciële activiteiten, zoals houtkap of mijnbouw te doen. “Ook zij moeten eten en kunnen leven, alleen moeten we zodanig gebruikmaken van onze bossen, dat er zo weinig mogelijk schade wordt aangebracht. Totdat we die toerismesector zodanig hebben kunnen ontwikkelen dat we geen houtkap of goudwinning hoeven te doen”, zegt Goedschalk, die ook aangeeft dat het een proces is en dat het tijd zal kosten.