De staat moet een manier bekijken om de tegemoetkoming van de kapiteins en basjas in het binnenland op te schroeven. Dit zegt kapitein, Bernhard Akiemboto, van Botopasi aan Key News.
De gezagsdrager stelt dat de lonen niets bijzonders voorstellen door de economische situatie in het land. Een kapitein krijgt SRD 1000 en een basja SRD 500 per maand, verduidelijkt Akiemboto.
Vooruitzichten
“Je koopt een zak rijst en olie en het geld is op. Een week lang ren ik achter de vicepresident voor het werk dat in mijn dorp moet worden gedaan. Wij gezagsdragers hebben niets. Dus als de overheid wat moeite kan doen om ons een betere tegemoetkoming te geven gaat het goed zijn.”
De kapitein stelt dat zijn tegemoetkoming niet genoeg is om naar de stad af te reizen. “Ik zou alleen de boot betalen.” Akiemboto zegt dat hij weet dat de overheid moeite doet om zaken te realiseren. Echter, zegt hij dat het werk dat hij en de collega’s verzetten niet makkelijk is en dat zij daarvoor moeten worden gewaardeerd. Recentelijk hebben enkele gezagsdragers ook met de vicepresident gesproken over dit vraagstuk.
Hoop
Akiemboto merkt verder op dat de gezagsdragers het werk zullen blijven doen naar eer en geweten, maar zij hopen dat er naar hen wordt omgekeken. De gezagsdrager herinnert eraan dat de producten in het binnenland ook bijzonder duur zijn.
Recentelijk hebben de kapiteins en basjas een petitie ingediend bij minister Gracia Emanuel van Regionale Ontwikkeling en Sport. Zij hebben gevraagd naar een forse verhoging van de tegemoetkoming, omdat de huidige niet realistisch en heel erg achterhaald.
De bewindsvrouw vertelde deze week dat zij de noodkreten van de gezagsdragers heeft aangehoord. Ze stelt dat zij haar uiterste best wil doen om zaken op orde te stellen. De kapiteins en basjas pleiten al sinds het vorig bewind voor een betere tegemoetkoming.
Akiemboto stelt dat de situatie nu erger is en er daarom aan de bel getrokken wordt. De prijzen zijn ondragelijk geworden en het werk dat de gezagsdragers doen gaat gepaard met veel op en neer reizen.
Tijdens het bewind van de vorig ROS minister, Edgar Dikan, hebben de gezagsdragers ook geklaagd over dit probleem. Er werd toen slechts de toezegging gegeven dat er moeite zou worden gedaan om schot in de zaak te brengen.