Na ongeveer 40 jaar is er weer een ‘echt’ kantoor van United States Agency for International Development (USAID) in Suriname. De officiële lancering vond 19 juni plaats bij de Amerikaanse ambassade.
Minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS) zegt dat met de vestiging van een fysiek kantoor van USAID in Suriname een duidelijk signaal is gegeven van vertrouwen van instanties en bevriende landen naar Suriname. “Onze reputatie enkele jaren geleden was niet goed en we hebben hard gewerkt om deze te verbeteren. De bilaterale gesprekken werpen nu hun vruchten af. We moeten deze gesprekken niet zien als een kostenpost, maar als een investering”, zegt Ramdin.
De USAID programmadirecteur, Stephanie Mikulasek, zegt dat met het openen van een kantoor van USAID het een duidelijk signaal is van de Biden-Harris-regering is om zich te committeren aan de afspraken die vorig jaar zijn gemaakt vorig jaar tijdens L.A. Summit of the Americas. De Amerikaanse president Joe Biden heeft toen beloofd aan onder ander Suriname de nodige ondersteuning te bieden in de verschillende sectoren. USAID was in de jaren 80 vertrokken vanwege de politieke onrust die er toen was uit Suriname vertrokken.
De Verenigde Staten hebben nu besloten deze weer op te zetten. Mikulasek zegt dat hoewel USAID niet fysiek aanwezig was in Suriname, de organisatie nog steeds de nodige ondersteuning heeft gegeven aan Suriname. “USAID heeft ondersteund bij wateroverlast van 2006 en 2013. Ook heeft USAID ondersteuning geboden tijdens de COVID-19 pandemie door het beschikbaar stellen van Pfizer-vaccinaties.”
Mikulasek zegt verder dat er projecten in verschillende sectoren zullen komen en aangepast worden naar de behoeften van Suriname. “Het helpen met de aanpassing van de gevolgen van klimaatverandering, versterking van instituten zoals NCCR, technische versterking en/of trainingen binnen de agrarische sector zijn activiteiten waar USAID hulp zal bieden.” Ramdin vult aan en zegt dat Suriname op alle gebieden hulp nodig zal hebben en dat technische ondersteuning zich zal moeten vertalen naar goed uitvoeren van de projecten. Dat Suriname sommige zaken niet kan aanpakken ligt aan een capaciteitstekort, aldus de BIBIS-minister.
De projecten die USAID uitvoert zullen vooral op overheidsniveau gebeuren. “Samen met de regering van Suriname zullen wij kijken wat Suriname precies nodig heeft en zal USAID daarop inspelen en een programma of project op maat vervaardigen”, zegt USAID programma director. Behalve Suriname zijn er binnen de regio 2 andere landen waar USAID fysiek aanwezig is. Hoeveel middelen beschikbaar zullen zijn voor Suriname is nog niet duidelijk. Mikulasek zegt dat het precieze budget voor Suriname moeilijk is aan te geven omdat vanuit de Verenigde Staten een regionaal budget wordt gegeven. Het USAID hoofdkantoor voor de regio in Barbados, kijkt hoe de middelen besteed worden in de 11 landen die steun genieten van de Amerikaanse ontwikkelingsagentschap. “In totaal is er rond de USD 200 miljoen aan budget vrijgemaakt voor de regio.”
De Amerikaanse ambassadeur Robert Faucher zegt ingenomen te zijn dat Suriname weer beschikt over een fysiek kantoor voor USAID. De diplomaat kijkt uit naar het versterken van de relatietussen de twee landen, nu USAID weer fysiek aanwezig is in Suriname. “Het helpen in de verschillende sectoren zal niet alleen Suriname goed doen, maar ook de regio en natuurlijk, de hele wereld. En daar werken wij samen naar toe”, aldus Faucher.