Donkere gangen, tuinslangen die door het gebouw heen lopen en kinderen die met emmers water sjouwen. Dat is het beeld dat men ziet als men binnenloopt bij Stichting Palulu woon- en werkcentrum aan de Magnesiumstraat. “Unu a no dagu, san de yu e poti unu na strati. Meki a overheid suku wan oplossing want waar gaan we anders wonen”, zegt Pamarie, die al langer dan een jaar woont op het Palulu-complex.
Hij is een van de bewoners die van ‘Mi Abri’ naar het Palulu-complex is verhuisd. De bewoners waren verbaasd toen ze hoorden dat zij mogelijk zouden moeten verhuizen, omdat de financiële verplichtingen zoals aangegeven door makelaar Rudi Bhugwansing niet zijn nagekomen. In mei 2020 besloot Andere Misiekaba die toen minister was van Sociale Zaken, de mensen van de Maystraat te verhuizen naar het Palulu wooncentrum.
Mi Abri
Het terrein met al haar gebouwen werd toen opgekocht door de overheid en in beheer geplaatst van een stichtingsbestuur. “Ze hebben ons verhuisd van Mi Abri aan de Maystraat, omdat het volgens hen niet leefbaar was. Unu broko den oso en kon tan dyaso. Als ze ons nu gaan weghalen van hier waar gaan ik en mijn gezin nu wonen? Een huurhuis kunnen we ons niet permitteren. Met het weinige geld dat ik verdien komen we nauwelijks uit”, geeft Pamarie aan.
Niet onverantwoord
Cynthia Wimpel-Lapar, commissaris in het bestuur van de stichting, zegt dat het wel goed zal komen. “Ik denk niet dat overheid zo onverantwoord zal omgaan en meer dan honderd gezinnen op straat zal zetten”, zegt het bestuurslid aan Key News. Ze verzekert dat het bestuur hiermee bezig is. “Het gaat hier om crisisgezinnen en dat men om een verschil dat betaald moet worden een dergelijk besluit gaat nemen, daar ga ik niet van uit”, zegt Wimpel hoopvol.
Geen stroom
Fabianne Grootfaam is vorig jaar oktober verhuisd naar Palulu en komt niet van Mi Abri. “Ik bleef eerst bij mijn schoonmoeder, maar besloot toen op mezelf te gaan wonen na de geboorte van mijn dochter. Zelf heb ik drie kinderen met wie ik nu hier woon. Via een neef heb ik een plek kunnen vinden hier bij Palulu”, vertelt Grootfaam. De eerste zeven maanden betaalde ze SRD 1000 per maand aan huur. “Toen viel de stroom uit hier, omdat de anderen hun stroomrekening niet hadden betaald. Ik vroeg de beheerder toen maar hoe staat het met ons die wel stroom betalen.
De straat
Hij gaf mij toen aan dat het niet anders kon. Nadat het was opgelost is er toen afgesproken dat iedereen SRD 300 per maand kon betalen”, vertelt Grootfaam. Ze hoopt dat er snel een oplossing komt, want een andere woning zoeken is geen optie voor haar nu. “Ik heb een kleine hossel en verkoop de dingen die ik maak, om zo toch de huur te kunnen betalen. Maar ik heb geen moeder en vader meer, ik weet niet waar ik naartoe zou kunnen gaan, want een huurhuis betalen kan ik niet”, zegt Grootfaam.
Niet erom gevraagd
Abiyoni, die ook van Mi Abra komt, is helemaal verhit over de situatie. “Na den kon puru unu drape, we hebben er niet om gevraagd. Ze hebben ons weggehaald omdat de plek van iemand anders was en het niet leefbaar was voor ons. Maar als we nu moeten verhuizen dan laten ze ons een sleutelklare woning geven, want we hebben nergens anders om naartoe te gaan”, zegt Abiyoni ontdaan. Ze hoopt dat de regering snel een oplossing voor het probleem zal vinden. “Meki a regering du san den musu du.”