Advocaat Irwin Kanhai protesteert ertegen dat het Openbaar Ministerie (OM) een strafeis heeft gedaan tegen zijn cliënte, N.S., voor overtreding van de Wet Verdovende Middelen, zonder dat volgens hem het wettelijk bewijs daarvoor is geleverd.
Op de zitting van woensdag 24 januari 2023 benadrukte hij dat de rechter niet mag instemmen met de vervolging, omdat volgens de wet een positief scheikundig rapport vereist is om aan te tonen dat er daadwerkelijk sprake is van drugs.
De openbare aanklager heeft een gevangenisstraf van 3 jaar, met aftrek van de tijd in voorarrest en een geldboete van SRD 15.000, geëist tegen N.S. Indien de boete niet wordt betaald, moet ze nog eens 6 weken in de cel doorbrengen. De verbeurdverklaring van het bedrag van €590, dat bij haar arrestatie werd gevonden, maakt ook deel uit van de strafeis.
De vrouw werd midden vorig jaar op de Johan Adolf Pengel luchthaven betrapt met 2 zakken maripa’s, waarin in totaal 5,56 kg aan cocaïne bolletjes verstopt zat. N.S. was aan het eind van een bezoek aan Suriname en stond op het punt terug te keren naar België. Ambtenaren op de luchthaven ontdekten dat een zak met maripa’s opmerkelijk zwaar was, wat leidde tot een onderzoek waarbij cocaïne bolletjes werden ontdekt.
Tijdens het politieonderzoek beweerde N.S. dat ze de zakken met maripa’s had gekregen van een zekere Vanessa en dat ze bestemd waren voor een vriendin genaamd Samara in België. Echter, op basis van camerabeelden op de plek, dag en tijdstip die door haar waren aangegeven voor de ontmoeting met Vanessa, concludeerde de politie dat haar verklaring niet klopte.
Uit een analyse van haar reisgedrag bleek dat N.S. sinds 2014 regelmatig voor korte perioden van België naar Suriname reisde. Ze gaf als reden voor haar laatste bezoek dat een tante van haar was overleden. De door haar opgegeven xxxxxxx bleek te zijn van een springlevend familielid van haar man. De Openbare aanklager verwijt N.S. dat ze heeft geprobeerd de waarheid te verdoezelen en misbruik heeft gemaakt van het feit dat ze met een minderjarige dochter reisde, in de veronderstelling dat ze niet gecontroleerd zou worden.
Ondanks bewijsvoeringen in het requisitoir, benadrukte Kanhai dat niets boven het scheikundig rapport gaat als bewijs in drugszaken. Hij eiste in de eerste plaats dat de rechter de vervolging niet-ontvankelijk zou verklaren, en als dat niet wordt ingewilligd, pleitte hij voor vrijspraak wegens gebrek aan wettig en overtuigend bewijs.
Kanhai’s collega, Derrick Veira, benadrukte dat N.S. bijna 7 maanden vastzit en dat het OM voldoende tijd heeft gehad om het verwijt te onderbouwen. Volgens hem geeft de wet de rechter geen andere keus dan vrijspraak.
In reactie daarop vroeg de OvJ om uitstel in de zaak, in de hoop het scheikundig rapport op de volgende zitting te overleggen in de repliek. De zaak is uitgesteld tot eind februari.