Advocaat Gerold Sewcharan merkt op dat de media-aandacht voor de “8 december kwestie” nog niet verzadigd is. “Ik merk op dat het nog veel aandacht vraagt van mensen, terwijl wat mij betreft er nog belangrijkere vraagstukken op tafel liggen die de ontwikkelingen van Suriname regarderen”, aldus de rechtsgeleerde in gesprek met radio ABC op 18 januari.
Hij wijst op vage berichten en geruchten in de media. “We kunnen bijvoorbeeld ook niet vaststellen dat de twee veroordeelden die zich niet hebben aangemeld zijn gevlucht naar het buitenland. Het kan best zo zijn dat betrokkenen nog op het Surinaams grondgebied vertoeven.” Critici hebben veel kritiek geleverd op de manier waarop het openbaar ministerie (OM) is omgegaan met de executie van de eindvonnissen in het decembermoordenproces. Sewcharan accentueert dat er niet gezegd kan worden dat het OM heeft gefaald. “Wij moeten zaken in context plaatsen.”
De rechtsgeleerde begrijpt de kritieken en teleurstelling bij mensen over de aanpak van het openbaar ministerie. Hij benadrukt echter dat er objectief naar zaken gekeken moet worden. “Het is niet ongebruikelijk dat het OM zo te werk gaat en een procedure volgt waarbij onherroepelijke veroordeelden opgeroepen worden om zich te melden op de plaats van detentie.”
Hij denkt dat het OM degelijk rekening heeft gehouden met de ontwikkeling dat de veroordeelden zouden kunnen vluchten. “Wij praten nu zonder harde informatie te hebben over wat het OM weet of niet weet. En hoe het OM in werk is gegaan in concreto. Er is constant communicatie geweest tussen het openbaar ministerie en de veroordeelden door tussenkomst van hun advocaat. Je kan niet zonder meer zeggen dat het OM de zaak verkeerd aanpakt”, laat advocaat Sewcharan weten.
Sewcharan springt in de bres voor het OM en de overheid en zegt dat elke handeling goed uit te leggen is. “Het is goed om de zaken in context te plaatsen. Er is een periode geweest van 1982 tot 2000 waarbij er niet een situatie was dat de instituten konden optreden tegen de daders. Pas na 2000 is op initiatief van de nabestaanden het strafproces in beweging gekomen. Daar is wat tijd mee gemoeid gegaan.
Het daadwerkelijke strafproces begon in 2007, maar het OM kon niet optreden zoals het in de gemiddelde strafzaak optreedt. In een gemiddelde strafzaak, wanneer er verdenking is van ernstige strafbare handelingen, dan zie je inderdaad dat het OM gaat arresteren en de voorlopige hechtenis gaat inzetten. Dat is de normale procedure, maar die procedure kan je niet zonder meer in elke zaak toepassen”, nuanceert de advocaat. Hij zegt dat elke zaak een daarop aangepaste tactiek en strategie vergt aan de zijde van het Openbaar Ministerie.