Er zou volgens de voorzitter van de Associatie van Surinaamse Fabrikanten (ASFA) nog te weinig gebeuren om de productiesector op gang te brengen. Dit is een van de redenen waarom Wilgo Bilkerdijk een magere zes geeft aan de regering voor twee jaar regeren. “Ik zou niet gaan jubelen voor wat er tot nu toe is bereikt, maar een magere zes is de score die ik zou geven aan twee jaar regering-Santokhi”, zegt Bilkerdijk in een reactie aan Key News.
Waarom hij geen onvoldoende heeft gegeven ligt aan het feit dat hij rekening houdt met de onervaren- en ondeskundigheid van de regering. “Dit is cruciaal geweest voor de doorstart van de regering. Die kennis die ze nu heeft, had ze toen al moeten hebben. Ze moest veel leren in die twee jaar en dat heeft eigenlijk gemaakt dat we niet de gewenste doorstart hebben gehad”, zegt Bilkerdijk.
Tijdens de verkiezingen en ook in het regeringsakkoord van regering-Santokhi zijn er beloften gemaakt om de productiesector verder te ontwikkelen, diversificatie van onze economie en verdere groei. Alleen merkt de ASFA bitter weinig van terug in het beleid van de regering. Er zijn wel zaken opgenomen als een landbouwfonds en een productiefonds, maar dat is bij lange na niet genoeg volgens de ASFA.
Er wordt sinds de vorige regeerperiode gesproken over een productiefonds samen met de ASFA en de SHATA. “Ik mag wel zeggen dat de regering wel openstaat en er wordt aangegeven dat het eraan komt, maar we zijn al bijna drie jaar verder”, geeft Bilkerdijk aan. Hij hoopt dat er haast gemaakt wordt om de productiesector te versterken.
Niet blijven bij intentie
Het moet volgens de ASFA-voorzitter niet alleen blijven bij een intentie. “Als productiesector houden we niet van intenties. Je moet doen! En als er iets verkeerd gaat, dan ga je bijstellen anders zijn we te lang bezig”, maakt Bilkerdijk zijn punt. Daarom heeft de ASFA het initiatief genomen om een Alliantie van Bedrijfsleven op te richten, zodat de producenten samen aan de bel kunnen trekken bij de regering om echt werk te maken van de beloften over de productiesector.
Organisaties zoals de AKMOS, SHATA en Vissersvereniging zijn opgenomen in de alliance. “We hebben de regering het voordeel van de twijfel gegeven en nu moet zij zich bewijzen.” Dat er vaart gezet moet worden om de nodige zaken in orde te maken, is een van de punten waarop de ASFA hamert.
Volgens Bilderdijk heeft de regering nog twee jaar de tijd om zaken in orde te maken, het derde jaar telt hij niet, omdat dat gezien kan worden als een verkiezingsjaar. “Het is reeds bewezen dat wetten soms binnen een avond geslagen kunnen worden, dus waarom kunnen andere zaken dan ook niet zo snel aangepakt worden”, vraagt hij zich af. Een ding is volgens Bilkerdijk duidelijk, als de regering binnen de komende twee jaar bepaalde zaken niet goed realiseert “dan kunnen de volgende verkiezingen vergeten worden.”
Local content
Voor de ASFA en de alliantie is het belangrijk dat zij gefaciliteerd worden en eindelijk kunnen produceren. Een van de zaken waar de alliantie aan trekt is het creëren van het local content-beleid van de overheid in het kader van de olie- en gassector. “We hebben in Suriname niet echt bedrijven die local content als zodanig kunnen bedienen, maar je hebt wel genoeg bedrijven die diensten en producten kunnen leveren aan die sector als deze op gang gaat komen.”
Bilkerdijk verwacht zeker 25.000-30.000 expats in Suriname en hoopt dat Suriname deze groep kan bedienen. Echter, om deze mensen goed te voorzien van zaken, zoals voeding, moeten bedrijven gecertificeerd zijn en goede kwaliteit leveren. “Wij van ASFA zeggen daarom dat alles wat wij gaan produceren op een internationaal gecertificeerd niveau moet zijn, want de olie- en gassector vereist dat.”
Kader
Een van de belangrijke zaken die ook voor de local content ontwikkeld moet worden is technisch kader, zoals de beroepsgroepen die nodig zullen zijn voor de olie- en gassector. “De instituten zoals Natin, AMTO en SHTTC bijvoorbeeld moeten versterkt worden zodat zij gekwalificeerd personeel produceren om in die sector te werken.”
Geen bezuiniging te merken
Een ander minpunt volgens Bilkerdijk is de verspilling die plaatsvindt bij de verschillende ministeries. Hij vraagt zich af waarom ministers soms met twee tot drie volgauto’s moeten rijden. Het kost volgens de ASFA-voorzitter de Staat alleen maar kostbare middelen die anders ingezet zouden kunnen worden. “Je moet het echt goed fout hebben gedaan om nu zoveel bewaking nodig te hebben.” Er moet volgens Bilkerdijk een herdefiniëring komen van een paar zaken. “Die dingen moeten herzien worden. Zaken zoals wat is een beleidsmaker precies. Ben je een halfgod?”, geeft Bilkerdijk scherp aan.