De aanhoudende zware regens zetten verschillende gebieden in Suriname blank. De Meteorologische Dienst Suriname (MDS) heeft een aanzienlijke toename van regenval vastgesteld, deels als gevolg van de overgang van El Niño naar La Niña.
Volgens het Nationaal Coördinatiecentrum voor Rampenbeheersing (NCCR) leidt deze weersverandering tot een algehele toename van neerslag in de regio. “Het Caribbean Institute for Meteorology and Hydrology (CIMH) heeft al gewaarschuwd voor deze weerverschijnselen, die nu hun impact laten zien met zware en langdurige regenbuien. Deze regenval bereikt hoeveelheden die normaal gesproken in een maand zouden vallen, maar nu op één dag worden geregistreerd.”
Hoewel deze informatie volkomen juist is, lijkt het extra mooi te zijn verpakt om het falen van minister Riad Nurmohamed van Openbare Werken (OW) te sugarcoaten. Bij het schrijven van dit stuk dacht ik aan de titel: “Riad huilt tranen met tuiten” om aan te geven hoe verantwoordelijk de bewindsman is voor de huidige situatie en tegelijk zijn bijna smeekbede “De samenleving moet mij dankbaar zijn voor mijn geduld”.
Mijn aandacht werd echter getrokken door een FB-post “Zwembad Paramaribo met badmeester Riad.” Ik moest lachen om het creatieve vermogen van Ranjeet Kanhai, maar was intens verdrietig toen ik diverse foto’s en video’s zag langskomen van mensen die enorme schade hebben geleden aan hun meubels, elektronische apparatuur en voertuigen. Een schade die men nergens bij de overheid kan claimen.
De minister die direct na zijn aantreden “Surinamers wilde straffen” lijkt de huidige situatie hierdoor over zichzelf te hebben geroepen. Thans roept de bewindsman nu vaker via de media dat er geen budget is om de trenzen regulier op te halen. Het heeft er veel van dat Riad tot de slotsom is gekomen dat het “straffen van de samenleving” tegen hem werkt, waardoor hij nu andere taal spreekt.
Zo is hij van mening dat de samenleving ook haar eigen verantwoordelijkheid moet nemen bij het onderhouden van bermen en schoonhouden van hun rioleringen. En hoezeer ik Riad vaak domme dingen hoor zeggen, ben ik het volkomen met hem eens dat burgers in deze ook een taak hebben. Rioleringen raken vaker verstopt met plastic afval en zelfs grofvuil. Personen die zich hieraan schuldig maken, kunnen dus niet klagen over de gevolgen, omdat zij zelf deze problemen creëren.
Desondanks heeft Riad de kritiek aan zijn adres aan zichzelf te danken. Iemand, die gekozen is om de samenleving te dienen, kan niet diezelfde samenleving straffen voor volgens hem verkeerde keuzes. Het “straffen van de samenleving” is nu omgeslagen in “dankbaar zijn voor mijn geduld”, waarmee Riad dus hunkert naar koestering. Het is duidelijk dat de man vaak van de ene in de andere gemoedstoestand valt en daarmee de toon van zijn communicatie naar de samenleving bepaalt.
Eenmaal het op het Kabinet van de President maar niet lijkt te lukken met het opleiden van woordvoerders, is het Riad aangeraden Angela van der Kooye, die de communicatiestructuur van het kabinet moest hervormen, aan te trekken. Misschien lukt het haar Riad zodanig te hervormen dat hij die waardering die hij van de samenleving vraagt, nu wel krijgt.
De vraag is of de huilebalk – zo werd Riad getypeerd door columnist Armand Snijders – in de laatste tien maanden van zijn termijn in staat zal zijn de vele wegen, kanalen, trenzen, lozingen, bermen, sluizen en bruggen structureel aan te pakken. Want terwijl 25 mei 2025 nadert, zal de bewindsman nog meer tranen met tuiten huilen om hetgeen waartoe hij niet in staat is.
Het staat vast dat hij na vijf jaar ministerschap ongetwijfeld de titel huilebalk naast zijn academische opleiding mag aanplakken. Want een echte jankerd is Riad wel. Daarnaast is het de vraag wie zo graag de taak van badmeester van hem zal willen overnemen na 25 mei 2025. In elk geval is mijn wens dat het aspect van ontwatering hoge prioriteit zal genieten bij zijn opvolger.