BEP-fractieleider Ronny Asabina heeft tijdens de buitengewone vergadering van De Nationale Assemblée (DNA) gepleit voor het openbaar en digitaal beschikbaar maken van alle archieven over de gezamenlijke geschiedenis van Suriname en Nederland.
Volgens Asabina is brede toegang tot deze documenten noodzakelijk om het verleden beter te begrijpen, te verwerken en de doorwerking ervan in de samenleving te kunnen duiden. “Wij willen niet gevangen blijven. Recht en waarheid maken vrij,” stelde hij.
De vergadering stond in het teken van het officiële staatsbezoek van koning Willem-Alexander en koningin Máxima aan Suriname. Asabina noemde het bezoek een betekenisvol moment dat volgens hem “past in een jaar van doorbraak” voor de Republiek Suriname.
Asabina onderstreepte dat het gedeelde en beladen verleden nog altijd emoties oproept binnen de diverse Surinaamse samenleving. Hij pleitte daarom voor verdieping in de werkelijke oorsprong van deze geschiedenis, zonder daarbij de excuses van de Nederlandse staat voor het slavernijverleden te bagatelliseren. Tegelijk benadrukte hij dat deze geschiedenis een prominente plek in het onderwijs verdient, omdat zij volgens hem direct samenhangt met identiteitsvorming en burgerschapsontwikkeling.
De BEP-fractieleider verwelkomde het bezoek van het Nederlandse staatshoofd en het koningspaar als verstandig, waardevol en voorbeeldig. Hij ziet het als een kans om verantwoordelijkheid, betrokkenheid, moed, wederzijds respect, bewustwording en verbinding centraal te stellen in de relatie tussen beide landen.
Volgens Asabina moet het staatsbezoek bijdragen aan een nieuw hoofdstuk in de samenwerking, waarbij Suriname en Nederland nieuwe verhoudingen omarmen en investeren in een toekomst die is gebaseerd op wederzijds begrip en respect.
In zijn afsluitende woorden feliciteerde Asabina zowel het Surinaamse als het Nederlandse volk met de betekenis en uitkomst van het historische bezoek. Aan het koningspaar gaf hij mee “Fiti Sranang niet alleen met verstand te omarmen, maar ook met het hart te beleven”. Hij riep op om te blijven werken aan een menswaardige en gedeelde toekomst.












