Ambassadeurs van de Caribische Gemeenschap (CARICOM) hebben in Washington hun steun uitgesproken voor de Guyanese kandidaat Muhammad Ibrahim in de race om het directoraat-generaal van het Inter-American Institute for Cooperation on Agriculture (IICA).
Ibrahim werd voorgedragen door de herkozen president van Guyana, Mohamed Irfaan Ali. Tijdens de bijeenkomst met vertegenwoordigers van de Caribische landen benadrukte Ibrahim, agronoom en ervaren projectleider met meer dan dertig jaar ervaring in Midden-Amerika en het Caribisch gebied, dat zijn prioriteit bij IICA zal liggen op voedselzekerheid, voedingsvraagstukken, waterbeheer en het versterken van veerkracht tegen rampen. “Het is essentieel dat we voedselsystemen diversifiëren, met nadruk op gezondheid en veiligheid,” aldus Ibrahim.
De vergadering stond onder leiding van de Jamaicaanse ambassadeur in de Verenigde Staten, Antony Anderson, tevens permanent vertegenwoordiger bij de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS). Anderson wees erop dat Ibrahim niet alleen de kandidaat van Guyana is, maar ook van de gehele CARICOM, aangezien zijn nominatie unaniem is goedgekeurd door de staatshoofden en regeringsleiders van de 14 landen die zowel tot CARICOM als IICA behoren.
Ibrahim kondigde daarnaast plannen aan om meer te investeren in de ondersteuning van jongeren en vrouwen op het platteland, met als doel een nieuwe generatie agro-ondernemers voor te bereiden. De Caribische ambassadeurs beloofden zich maximaal in te spannen voor zijn verkiezing.
De nieuwe directeur-generaal van IICA, die de Argentijnse dierenarts Manuel Otero opvolgt, wordt in november gekozen tijdens de vergadering van de ministers van Landbouw van de Amerikaanse landen in Brasília.
In Washington had Ibrahim ook ontmoetingen met hoge functionarissen van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken, het ministerie van Landbouw en OAS-Secretaris-generaal Albert Ramdin. Met Ramdin werden onder meer voedselzekerheid in Haïti, de bestrijding van grensoverschrijdende ziekten en plagen, en waterbeheer besproken. Daarnaast werd het belang onderstreept van landbouw als motor voor werkgelegenheid in plattelandsgebieden en het terugdringen van migratie.