Na het succes van het Diaspora Seminar 1.0 staat het Diaspora Seminar 2.0 voor de deur, en wel op donderdag 21 december. De TABTO Group N.V., het Diaspora Instituut Nederland (DIN) en het Diaspora Instituut Suriname (DIS) slaan hiermee wederom de handen in elkaar om samen met Surinamers lokaal als Surinamers in diaspora hun gedachten te laten gaan over de diepgaande ontwikkeling van het land. Het seminar zal de Srananman, of die zich nu in Suriname bevindt of elders ter wereld, fysiek en online tot een moeten verbinden.
Samen zullen zij de tien bouwstenen die zijn aangedragen na het Diaspora Seminar 1.0 in augustus middels discussies omzetten in concrete plannen. Dat is ook wat de diaspora wil. Aan het woord is Winston Wilson, Senior Partner van de TABTO Group N.V. Concrete plannen hoe samen te werken aan de ontwikkeling van Suriname waarbij industrialisering, onderwijs, capaciteitsversterking en gezondheidszorg hoog op de prioriteitenlijst staan. Maar daarnaast popelt de diaspora ook om op andere gebieden haar bijdrage te leveren. Zij wil niet aan de kant staan of gezien worden als een groep die het denkt te weten. De kennis en kunde van Surinamers hier te lande en Surinamers over de grenzen moeten tot een gesmeed en ingezet worden ten behoeve van de Surinaamse samenleving.
Het enthousiasme van de diaspora liegt er niet om: dat is ook gebleken aan het animo tijdens het seminar in augustus. Wilson: “Fysiek hadden we meer dan 300 mensen en online hebben 645 mensen geparticipeerd.” Het verslag van dit eerste seminar alsook de resultaten van een behoeftematrix voor scholen en de uitkomst van de mentimeter die hiermee gepaard gingen zijn terug te vinden op de DIS- en DIN-websites. Uit het enthousiasme is volgens Wilson ook naar voren gekomen dat de mensen niet langer willen wachten en dat er uiteindelijk actie nodig is. Brigitte Wong Tam Soeng, directeur van de TABTO Group N.V. spreekt van concrete input die zal moeten komen uit de werkvormen tijdens het Diaspora Seminar 2.0. “Praktische plannen waarvan zal worden nagegaan welke het meest haalbaar is op de korte en middellange termijn”.
Die praktische plannen zijn cruciaal. Vooral omdat Suriname een groot capaciteitsgebrek heeft, is het noodzakelijk concreet uit te werken hoe de industrialisering, het onderwijs en de gezondheidszorg middels gezamenlijke kennis en kunde ter hand genomen kunnen worden. Wilson schrijft het capaciteitsgebrek toe aan de braindrain waarmee het land te kampen heeft. “Daardoor komt de capaciteit nog meer onder druk te staan”, zegt hij. Maar om effectief hierop in te spelen is voornamelijk een Diaspora Engagement Policy, beleid waarbij diaspora ongelimiteerd betrokken wordt het ideale. Terugblikkend op het seminar in augustus zegt Wilson: “Van alle kanten hebben diaspora contact opgenomen en gevraagd hoe zij hieraan kunnen participeren en een bijdrage kunnen leveren.”
En zoals het bekend is: Surinamers zitten in alle uithoeken van de wereld. Zij hebben zich met alle enthousiasme aangemeld. “Landen waarvan ik niet zou raden dat we daar Surinamers hebben zitten”, verduidelijkt Wilson.
Hun wens is overeenkomst: zij willen een loket waar ze samen kunnen komen en de garantie hebben dat daar alles verder geregeld wordt. Met het Diaspora Seminar 2.0 hopen de drie partners dan ook zo’n faciliteit te realiseren. Wilson merkt dat er dan wel regelgeving is voor personen van Surinaamse afkomst, maar hij spreekt van een papieren tijger. De ervaring in de praktijk ligt namelijk anders: veel geloop en tijdverlies zonder dat zaken concreet gerealiseerd worden. Dit, terwijl het juist de bedoeling moet zijn dat personen van Surinaamse afkomst het interessanter vinden om betrokken te raken bij Suriname. “Het maakt dan niet uit of ze uit Afrika komen, Nederland, Frankrijk of Amerika. Maar alle diaspora moeten we gewoon op dezelfde manier behandelen en hen op een waardige manier kinderen van het land laten zijn.”