De eerste draft van een ‘Carbon Credit Guidelines Suriname’ is al af. Ritesh Sardjo, directeur van het Ministerie van Ruimtelijke Ordening en Milieu (ROM), heeft een presentatie gehouden tijdens de regeringsraad.
De minister van Buitenlandse zaken, Internationale Samenwerkingen en International Business, Albert Ramdin zegt dat in deze richtlijnen staat aangegeven hoe deze Carbon Credits verhandeld kunnen worden en dat ze in de lijn zijn met het Parijs-Akkoord. In de presentatie van Sardjoe werd aangegeven dat het ministerie ROM richtlijnen heeft opgesteld voor de ontwikkeling van carbon credits in Suriname, gericht op de energie-, bosbouw-, landbouw- en infrastructuursectoren.
Het doel is dat projectontwikkelaars deze richtlijnen gebruiken. Suriname kan ongeveer 5 miljoen carbon credits verhandelen. Behalve op deze carbon credits kan Suriname ook verdienen aan ‘vintage rights’. Dat zijn voor een beperkte duur opgebouwde credits tot en met 2020 kunnen declareren.
“Dat is rond de 18 miljoen aan credits die we kunnen verhandelen. Het is een continu proces, maar voordat we in de handel terecht kunnen komen moeten we een aantal zaken in orde maken zoals een ‘national registry’ die we al hebben opgezet. We moeten een aantal certificeringen bij de UN klimaat organisatie realiseren en moet nu ook gewerkt worden aan de wetgeving”, zegt Ramdin.
In de presentatie van Sardjoe is ook benadrukt dat een deel van de financiële middelen ten goede moet komen aan zowel de samenleving als het milieu, waarbij de president erop wees dat ook de laagste inkomensgroepen moeten profiteren van de carbon credits.
Ramdin zegt dat men er niet vanuit moet gaan dat gemeenschappen gewoon geld krijgen, maar dat er projecten ingediend moeten worden voor ontwikkeling van de gemeenschappen maar ook voor projecten voor behoud van het milieu.