Met door haar zelf gemaakte creaturen, ‘mini mensjes’ elk met een naam en eigen verhaal, beeldde Rita Maasdamme het leven op de plantage in koloniale tijd uit in een origineel 5,5 meter breed diorama onder het thema: ‘Het leven en werken in onvrijheid.’ Een deel van deze museale, driedimensionale opstelling werd op donderdag 6 maart plechtig en feestelijk onthuld te Plantage Resort Frederiksdorp in Commewijne.
De Stichting Gedeeld Cultureel Erfgoed Suriname-Nederland maakte dit mogelijk in samenwerking met het Amsterdam Museum. Peggy Reiziger, vertegenwoordiger van het Amsterdam Museum en nakomelinge van Rita Maasdamme, maakte duidelijk dat de taferelen gebaseerd zijn op meer perspectieven dan alleen die uit geschiedenis-boeken die vaak geschreven werden door ‘witte mensen.’
“Dat we onze geschiedenis moeten kennen om het heden te begrijpen is inmiddels een feit en staat onlosmakelijk verbonden met ons heden. En dat we daar zo jong mogelijk mee moeten beginnen, zal onze samenleving ten goede komen. En zo ontstond pop na pop”. – Rita Maasdamme Collectie-
Vandaar dat ‘tante Rita’ naast de geschreven verhalen ook de orale geschiedenis die van generatie op generatie werd door verteld, meenam bij het ontwerpen van de 20 taferelen in haar diorama met de meer dan 250 door haar met de hand gemaakte poppen. “Van het vertrek uit Ghana, en de gruwelen uit Fort Elmina tot het dagelijks leven vandaag in Suriname, op Aruba, Curaçao en Bonaire. Het is onze vurige wens dat alle taferelen net zo prachtig tentoongesteld worden als deze en dan apart, maar toch als een verhaal op verschillende plekken te zien zijn in Nederland en de Caraïbische eilanden”, aldus Reiziger. De’ Rita Maasdamme Collectie’ is onder beheer van de familie ondergebracht bij het Amsterdam Museum.
Tante Rita
Ze was het tweede van de vier kinderen van Leonie de Vries en William Maasdamme, en groeide op op Aruba in een muzikaal en creatief gezin. Ze vertrok met haar jongste zusje naar Nederland om de opleiding tot coupeuse te volgen en werd daarna lerares handenarbeid, nu Beeldende Vorming, op een school in Amsterdam-West. Haar creativiteit bracht ze samen met haar enorme drang naar informatie over haar familiegeschiedenis, en zo kwam ze bij de trans-Atlantische slavenhandel terecht. Ze kwam de eerste Maasdamme tegen: Harriëtte, voor 500 gulden vrijgekocht op een veiling op 4 augustus 1841, samen met haar zoontjes James en Henry, samen 300 gulden.
Ze werden vrijgekocht omdat ze geen eigenaar meer hadden, die was verdwenen, en niet meer verhandeld mochten worden zoals dat wettelijk was vastgelegd in die tijd. Op de manumissie kwam de naam Maasdamme te staan. In economisch opzicht niets meer waard, een vrije zwarte vrouw, zonder partner, met twee zoontjes en zwanger. “Had ze schoenen aan? Ik hoop het, was ze gelukkig? Ik denk dat ze in ieder geval heel dapper moet zijn geweest en ik hou me voor dat het het begin van een bloedlijn van dapper vrouwen en mannen is. James, is de opa van mijn opa, de overgrootvader van mijn moeder. Zo kan je de geschiedenis bijna aanraken en weet je dat dit verhaal verteld moet worden. Ik ben trots en emotioneel dat ik hier mag staan, mijn handen trillen nog steeds, als afstammeling van Harriëtte Maasdamme met schoenen aan”. Woorden van een geëmotioneerde Reiziger bij de officiële opening.
Historisch-culturele waarde, herkenbaarheid en beter inzicht
Met korjalen werden de genodigden naar Plantage Resort Frederiksdorp gebracht voor de onthulling en officiële openstelling van de museumzaal. Daaronder bevonden zich Directeur Rabin Boeddha van Transport, Communicatie en Toerisme (TCT) en Districtscommissaris Mohamedsafiek Radjab die hun waardering uitspraken voor de historische en emotionele waarde van het diorama en het erfgoed dat het vertegenwoordigt, hetgeen met zoveel mogelijk Surinamers en vooral de jeugd gedeeld moet worden. Boeddha noemde het een bijzonderheid dat in Commewijne alleen al drie musea aanwezig zijn.
Onderdirecteur Audrey Hofwijks van het Nationaal Archief Suriname (NAS) beaamde dit en zei het een genoegen te vinden aanwezig te zijn op een plek die uitnodigt tot dieper nadenken over ons verleden, de gebeurtenissen die er plaatsvonden en de onschatbare waarde van het behoud van onze historische erfenis. “Het NAS ondersteunt initiatieven die het belang van regionale geschiedenis benadrukken. Het is prijzenswaardig dat in Commewijne drie museale instellingen gevestigd zijn die historisch-cultureel erfgoed centraal stellen. We hopen dat de lokale bevolking daadwerkelijk betrokken wordt bij het vertellen van hun verhalen en dat de museale instellingen niet slechts als toeristische trekpleisters zullen dienen voor buitenlanders”.
De indrukwekkende details en het vakmanschap van de creaturen vielen Hofwijks gelijk op: de zwarte mens is niet neergezet met het stereotype dikke lippen en bizar grote neuzen, maar juist realistisch en herkenbaar. Ze vindt het een voorrecht dat we in Suriname nu de ‘onder belichte geschiedenis in woord en draad’, zoals naar het werk van Rita Maasdamme wordt verwezen, kunnen hebben. Ambassadeur Walter Oostelbos van het Koninkrijk der Nederlanden is ervan overtuigd dat deze bijzondere expositie veel vragen zal opwerpen en leiden tot een verbeterd inzicht in de gevolgen van de nawerking van slavernij. “Het diorama is ontworpen en vervaardigd met het doel het gesprek aan te gaan over slavernij.
Rita Maasdamme vond het belangrijk dat ieder kind de gelegenheid krijgt om over de eigen geschiedenis te leren, omdat het belangrijk is voor de ontwikkeling van de eigen identiteit. Het zal ons uitnodigen tot het stellen van vragen als: hoe zag het gezinsleven eruit die geboren werden in slavernij, de werkelijkheid van alle dag, wat leerden moeders hun kinderen, welke boodschap kregen zij om hun kans op overleven te maximaliseren en op welke manier werkt dit verleden door in de levens van de Surinaams jeugd nu?”
De poppen die ‘tante Rita’ creëerde als personen halende eigen identiteiten en verhalen uit de schaduw en brengen de slavernij tot leven wat de toeschouwers volgens Oostelbos zal helpen beter inzicht te krijgen in de gevolgen van de nawerking daarvan en een nieuw perspectief doen ontstaan op thema’s als mensenrechten en rechtvaardigheid. Het diorama is te Plantage Resort Frederiksdorp in het district Commewijne opgesteld in een van de plantage woningen die nog stamt uit de koloniale tijd en is sinds de officiële opening toegankelijk voor het publiek.