De Commissie ‘Bevordering & Ontwikkeling van Micro-Ondernemerschap Binnenland’, heeft onlangs een werkplan overhandigd aan minister Steven Mac Andrew van Arbeid, Werkgelegenheid & Jeugdzaken (AWJ).
Het plan is van belang voor het bevorderen van ondernemerschap en werkgelegenheid in het binnenland en past volledig binnen het doel van het Decent Work Country Programma van Suriname, dat landelijk wordt uitgevoerd. De overhandiging is gedaan door Shoblina Chotkan-Somai die de commissie heeft voorgezeten. Ook de onderdirecteur Arbeidsmarkt Naomi Esajas-Friperson heeft een exemplaar van het werkplan ontvangen.
De commissie heeft onderzoek gedaan naar de ontwikkelingsmogelijkheden binnen diverse sectoren. Ook is gefocust op het verhogen van awareness over ondernemerschap, coöperatievorming en het belang van technisch onderwijs onder de gemeenschappen in het binnenland. De commissie komt tot de bevinding dat middelen, met name fondsen, die noodzakelijk zijn om te kunnen investeren genoeg beschikbaar zijn, maar dat de gemeenschappen onvoldoende over informatie beschikken om daarvan gebruik te kunnen maken.
Ook de taalbarrière blijkt een heikel punt te zijn. De implementatie van dit uitgebreide werkplan zal naast het stimuleren van micro- ondernemerschap, ook het duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen bevorderen. Een andere bevinding is dat de gemeenschappen zullen kunnen concurreren op de arbeidsmarkt als zij toegang hebben tot scholings-/ bijscholingsprogramma’s en vakgerichte opleidingen die aansluiten bij de vaardigheden en behoeften van de lokale bevolking. De commissie heeft aangegeven dat continu monitoring en evaluatie ertoe zal leiden dat het plan steeds kan worden aangepast aan de veranderende omstandigheden en behoeften van de ondernemers in het binnenland.
De commissie heeft ook aanbevolen om bij het implementeren van onderwijsprogramma’s rekening te houden met de specifieke context en cultuur van inheemse -en marrongemeenschappen. Ook moeten zoveel mogelijk milieuvriendelijke methoden en technieken gebruikt worden bij het ontwikkelen van bedrijfsplannen. Ook moet er gezorgd worden voor inclusieve dialoog met de lokale gemeenschappen bij de ontwikkeling en implementatie van beleid. Daarbij dient het recht op Free, Prior, and Informed Consent (FPIC) bij beslissingen die hen raken gerespecteerd te worden.
Eveneens is aanbevolen om grondige onderzoeken te doen en data te verzamelen om gerichte beleidsmaatregelen te ontwikkelen, alsook het inventariseren van bestaande projectvoorstellen die kunnen worden uitgevoerd. Een andere belangrijke aanbeveling is de inventarisatie van programma’s en projecten van andere ministeries en/of NGO’s zoals EZOTI, RO, ILO, WWF, die min of meer hetzelfde doel nastreven, waardoor zij samen kunnen optrekken voor efficiënt en effectief gebruik van kapitaal en human resources.
Minister Mac Andrew heeft de commissie bedankt voor het verzette werk en heeft aangegeven het document grondig te zullen doornemen en te delen met relevante ministeries en organisaties, zodat spoedig een follow-up kan worden gegeven aan de aanbevelingen van de commissie.