“Het is niet alle winkeliers gelukt om hun kassasysteem aan te passen”, zegt voorzitter Gretl Wolfram van de Winkeliers en Ondernemers Vereniging Suriname (WOVS).
Het ministerie van Economische Zaken Innovatie heeft per februari 2024 het Prijsaanduidingsbesluit aangepast om prijsopdrijving tegen te gaan en de consumenten te daar tegen te beschermen. Dit besluit verplicht winkeliers en ondernemers om prijzen met belastingen en andere gemaakte kosten aan te geven, zodat de koper weet hoe de prijs tot stand is gekomen. De ondernemers hadden tot 1 september de tijd om aan deze nieuwe regels te voldoen.
De Economische Controle Dienst van het ministerie houdt toezicht op de naleving van deze regelgeving en voert controles uit. Bij niet-naleving kunnen ondernemers te maken krijgen met economische sancties. Daarnaast is er nu een specifieke eis voor bonnen bij zowel klein- als groothandelaren. Dit betekent dat consumenten hun bonnen ter plekke moeten controleren.
Wolfram meent dat het vooral de grote winkeliers gelukt is om het kassasysteem te veranderen, maar het is de kleine winkeliers niet gelukt. “Zo’n kassasysteem kost minimaal USD 3000.” Dit kunnen de kleine winkeliers zich niet permitteren. De winkeliers riskeren een boete, maar hebben geen andere keus. De ondernemers hebben nu een afwachtende houding aangenomen en tasten in het duister.
Wolfram zegt dat de WOVS niet betrokken is geweest om voorstellen te kunnen doen, voordat dit besluit werd genomen. Zij zegt verder dat het heel veel werk zal zijn om al de gegevens bij alle artikelen te vermelden. De voorzitter vraagt zich af of dit wel goed doordacht is. “Bij elke koersstijging of brandstofstijging zal dit weer aangepast moeten worden, wat veel tijd en moeite zal kosten.” Wolfram is van mening dat de controle ook bij de leveranciers plaats moet vinden, want ook zij kunnen aan prijsopdrijving doen. “Maar bij de leveranciers vinden er geen controles plaats.”
De voorzitter zegt vervolgens dat eerst een heleboel zaken op schema moeten zijn voor andere zaken uitgevoerd kunnen worden. “Een stabiele economie is er daar een van, maar er moet ook geen corruptie zijn. Alle middelen en zaken moeten in place zijn, de juiste mensen op de juiste plekken, maar dat hebben we momenteel niet.” Zij vindt dit besluit niet realistisch voor Suriname.