De pas benoemde voorzitter van de Deviezencommissie, Arun Sankatsing, zegt dat hij zich bewust is van de uitdagingen die hem te wachten staan. Dat meld de regering in haar berichtgeving.
Sankatsing is donderdag officieel geïnstalleerd door president Chandrikapersad Santokhi op zijn kabinet. De deviezencommissie is belast met het toezicht op de uitvoering van de deviezenregeling. De commissie heeft in de afgelopen periode samen met de Centrale Bank van Suriname en het ministerie van Financiën en Planning een belangrijke bijdrage geleverd bij de vaststelling van maatregelen om de koers te beteugelen.
De nieuwe voorzitter staat met zijn commissie voor een belangrijke taak om de Surinaamse economie weer op spoor te krijgen, tezamen met alle andere actoren. “Ik ben mij bewust van de uitdagingen die ons te wachten staan, maar ik ben vastberaden om samen met mijn team onze verantwoordelijkheden uit te voeren en de Surinaamse economie te versterken,” aldus Sankatsing. De Deviezenregeling van 1947 is volgens hem achterhaald en zal ingrijpend gewijzigd moeten worden naar de huidige omstandigheden, zowel nationaal als internationaal.
Volgens de president is het heel belangrijk dat de deviezencommissie continu in overleg is met de monetaire autoriteiten, zodat ons land het IMF-programma goed kan uitvoeren. Sankatsing neemt over van Aroen Jadoenathmissier, die enige tijd heeft waargenomen als voorzitter. Behalve de deviezencommissie is Jadoenathmissier ook actief geweest in verschillende taskforces en commissies van de regering. Op Jadoenathmisier werd het beroep gedaan om zijn deskundigheid en jarenlange ervaring verder ten dienste te stellen van de voorzitter en de totale commissie.
De Deviezencommissie werd opgericht bij resolutie van 8 september 1947. Zij heeft volgens het staatshoofd in de afgelopen 76 jaar haar nut bewezen met de uitvoering van de 51 artikelen in de Deviezenregeling, met inachtneming van de door de president vastgestelde voorschriften. Een belangrijke bevoegdheid van het orgaan is erop toezien dat exportopbrengsten van exporteurs terugvloeien naar Suriname, zodat de deviezenreserves continu kunnen worden aangezuiverd. “Hiervoor zijn de nodige stappen al ondernomen en waar nodig zal het Openbaar Ministerie de zaak strafrechtelijk afhandelen”, zegt Santokhi.