Olieproducerende landen, waaronder Saudi-Arabië en Rusland, hebben besloten om de huidige productiebeperkingen te verlengen tot eind volgend jaar.
Dit besluit, genomen door de OPEC+, heeft als doel de olieprijs te ondersteunen, die ondanks spanningen in het Midden-Oosten en het naderende vakantieseizoen stabiel blijft. Alle leden van het kartel houden zich aan een beperking van 2 miljoen vaten per dag, met de mogelijkheid voor lidstaten om vrijwillig deel te nemen aan extra productieverlagingen. Hierdoor wordt dagelijks nog eens een aantal miljoenen vaten minder geproduceerd.
Gezamenlijk produceren de OPEC+-landen momenteel 39,7 miljoen vaten olie per dag, terwijl de wereldwijde productie in het eerste kwartaal van dit jaar 102 miljoen vaten per dag bedroeg. Elk van de OPEC+-landen heeft zijn eigen redenen om de productiebeperking te verlengen. Saudi-Arabië wil bijvoorbeeld geld genereren voor de economische diversificatie, gezien de verwachte afname van de vraag naar olie in de toekomst. Anderzijds besteedt Rusland veel geld aan de oorlog in Oekraïne.
De prijs van een vat ruwe Brentolie (159 liter) schommelde de afgelopen maand tussen de 81 en 83 dollar. Analisten hadden verwacht dat de prijs, door conflicten in Gaza en aanvallen op schepen in de Rode Zee, mogelijk richting de 100 dollar per vat zou stijgen. Dit niveau werd echter niet bereikt, mede door relatief hoge rentetarieven en tegenvallende economische groei in Europa en China. Daarnaast nam het aanbod van olie toe vanuit landen die geen lid zijn van de OPEC+, zoals de VS, ‘s werelds grootste olieproducent.