Dat enkele beveiligingsmanschappen niet hebben meegedaan met de Defilé en parade, was duidelijk merkbaar. De politie en militairen hebben zo goed als mogelijk invulling gegeven aan de parade, maar de KPA en brandweer was duidelijk niet aanwezig.
“Het is wel sober, mensen zijn ook niet echt in de stemming”, zegt Thelma die achter een van de dranghekken staat op het Onafhankeljkheidsplein. Zelf kijkt ze elk jaar uit naar de Onafhankelijkheidsviering, maar met wat er gebeurd is in de afgelopen dagen, is zij zelf niet in de stemming. “Ik ben eigenlijk hier gekomen, omdat mijn kleinzonen de militairen wilden zien”, vertelt ze. Ons land heeft gisteren stilgestaan bij 48 jaar Onafhankelijkheid. Als ons land werkelijk ‘volwassen’ genoemd mag worden, is voor velen een vraag waarop zij ‘nee’ hebben geantwoord. Wat vooral opvallend was, was dat het aantal bezoekers veel kleiner was dan de voorgaande jaren. Thelma vermoedt dat het komt door het incident op het Matawai gebied, terwijl haar vriendin naast haar juist zegt dat de mensen geen geld hebben om op straat te gaan.
Jim kijkt toe hoe de troepen binnenkomen. “Het is stoer om die Mobile Eenheid van de politie te zien. Het is alleen jammer dat ze tijdens de parade materiaal krijgen, maar wanneer zij hun werk moeten uitvoeren, beschikken ze niet over genoeg materiaal”, merkt hij op. Hij vraagt zich af of de Srefidensi viering toch maar niet afgelast had moeten worden. “We hebben toch geen geld, als je het echt sober wilde doen dan hadden we geen parachutisten en andere geweldige dingen”, merkt Jim op. Desondanks vond hij de opvoering van de parachutisten wel leuk. “Ja, dat zie je niet elke dag en er gaat toch een moment van trots in je om als je de Surinaamse vlag ziet.”
Met gepaste trots werden de 8 Nederlandse Parachutisten binnen gehaald onder luid gejoel en gejuich van de menigte. De weersomstandigheden bleken een issue te zijn voor de parachutisten die rondom het plein bleven vliegen om op het juiste moment uit het vliegtuig te springen.
Behalve onbereikbaar voor de menigte, leek het ook moeizaam te zijn voor de media om goed de parade en defilé in kaart te brengen. Er werd ook een duidelijk onderscheid gemaakt tussen staatsmediahuizen en particuliere media. Waar staatsmedia meer toegang had om op bepaalde plekken te komen, werden andere niet staatsmediahuizen geweerd. Dit was ook het geval vorig jaar en had de media dit reeds aangehaald bij de organisatie, echter is niet veel meegenomen en is juist de media niet goed geaccommodeerd, dit terwijl de regering in persberichten meerdere malen heeft aangegeven een ‘goede band’ met de onafhankelijke media te hebben.