Met stijgende verbazing hebben de ruim 20 besturen verenigd in de Federatie van Para Plantages (FPP) kennisgenomen van de ontwikkelingen rond 2 mei 2023 in het Inheemse dorp Pikin Saron, district Para.
De Inheemsen die de oorspronkelijke bewoners zijn van het grondgebied aan de Noord-oostkust van Zuid-Amerika dat voor een deel nu Suriname heet, hebben alle recht om hun directe woon- en leefgebied op te eisen en te beschermen. De federatie staat vierkant achter de eisen van de Vereniging van Dorpshoofden in Suriname (VIDS), zoals gesteld in hun verklaring van 7 mei 2023.
VIDS kan met recht het boegbeeld worden genoemd van een Surinaamse organisatie, in de strijd tegen historisch onrecht, tegen miskenning van het recht op traditioneel rentmeesterschap van hun leefgebied en voor het benadrukken van de verdragsmatige verplichting van overheden om de grondrechten grondwettelijk te verankeren.
De kilometerslange protestmars vanuit Albina eind jaren ’60, de onvermoeibare participatie in de talloze bijeenkomsten die gouvernementele en niet-gouvernementele partijen inzicht moeten geven in grondrechten en hen dichter moeten brengen in de oplossing daarvan, de inzet van deskundigheid om hun case juridisch te verantwoorden, gebieden te demarqueren en cultuurhistorisch te beschrijven, talrijke andere ‘huiswerkstudies’ hebben niet kunnen voorkomen dat er, anno 2023, doden zijn gevallen. De dood van de twee Inheemse mannen werpt ons terug naar de strijd tegen de bezetting van hun leefgebied door Europese kolonisatoren eeuwen geleden.
FPP keurt in principe het vernielen van andermans eigendommen en het in brandsteken van een politiepost af. Echter, dat rechtvaardigt op geen enkele wijze het vermoorden van twee ‘vermoedelijke’ actievoerders door de gewapende macht van de overheid. Beelden van de twee overleden manspersonen die cirkelden binnen sociale media, wekken de indruk van een koelbloedige dood; vernomen is dat de twee jongemannen ongewapend waren en dat er geen enkele dreiging van hen uitging. De federatie keurt daarom het optreden van de gewapende macht van de overheid dan ook ten stelligste af en betreurt het verlies van mensenleven. Sterker, zij eist diepgaand onderzoek naar de ware toedracht van de dood van deze Inheemse broeders.
De tot nu toe gegeven reactie van de overheid op het incident maakt duidelijk dat er een zorgwekkend gebrek is aan historisch besef. De reactie is over het algemeen vooral gericht op het verlies van economisch eigendom, wat ons doet denken aan het argument dat bij de wettelijke afschaffing van de slavernij in 1863 is gebruikt, om de planters en slaafeigenaren financieel te compenseren.
Dit niet alleen, de gegeven verklaringen van de minister van GBB en de leiding van het land lijken in strijd met lopende procedures en afspraken dat er geen concessies meer zouden worden uitgegeven of bestaande concessies zouden worden verlengd in Inheemse en tribale woon- en leefgebieden. Wie sleept onze regeringsautoriteiten voor het gerecht, daar zij ook verweten kunnen worden de gemoedstoestand, waarin de gemeenschap te Pikin Saron is komen te verkeren, in de hand heeft gewerkt, met alle gevolgen van dien.
FPP zal daarom in samenspraak met de VIDS op korte termijn een grote gezamenlijke bijeenkomst (krutu) houden als solidariteit en om kracht te helpen bijzetten ter verwezenlijking van de eisen. Wij zullen moeten handelen in de geest van de voorouders op wiens schouders wij staan. Immers, de grondenrechtenstrijd hebben de Inheemse voorouders ook moeten voeren en hun verzet, wat in de geschiedenisboeken bekend staat als de ‘Indianenoorlog’, dwong de koloniale overheid uiteindelijk tot het tekenen van vrede in 1686. Een soortgelijke strijd hebben de voorouders van de Para-plantages ook in 1889 succesvol gevoerd, toen zij weigerden als plantage-eigenaren vermogensbelasting te betalen.
Indachtig deze strijd van de voorouders met verwijzing naar het Para Akkoord van februari 2011, heeft FPP bij de proclamatie van haar doorstart op 13 maart 2016 verklaard dat ‘strijd’ onmisbaar dan wel onvermijdbaar lijkt, in het bestaan en de ontwikkeling van de nakomelingen van de tot slaaf gemaakte Afrikanen op belangrijke levensdomeinen, zoals: economie, religie, cultuur, grond en onderwijs en dat zij in dat kader, alle algemeen gerechtvaardigde middelen zal hanteren om de integriteit en mogelijkheden van haar cultureel erfgoed, waaronder de plantagegronden, en de overige rijkdommen, ecologisch, economisch en cultureel verantwoord te beschermen, bewaken, behouden, bewaren, bewerken, benutten, beheren, bewonen en bezielen voor de welvaart en het welzijn van de totale gemeenschap in de Para plantages.
Wi sa feti, retireti, fu tron winiman
Strey de fu strey, wi no sa frede!