Minister Melvin Bouva van Buitenlandse Zaken, Internationale Samenwerking (BIS) stelt dat de staat zijn financiële verplichtingen naar de internationale organisaties moet nakomen. “De realiteit is dat wij moeten betalen,” aldus de bewindsman. Door aanhoudende financiële beperkingen lukt het Suriname echter momenteel niet om alle contributies te voldoen.
Juist vanwege die beperkte middelen is volgens Bouva rationalisatie noodzakelijk. Binnen de regering zal worden besproken hoe het vraagstuk rond achterstallige betalingen het best kan worden aangepakt en welke keuzes daarbij onvermijdelijk zijn.
De minister heeft opdracht gegeven tot een volledige inventarisatie van alle openstaande contributies. Op basis van die inventarisatie zal worden bepaald bij welke internationale organisaties Suriname actief blijft en welke lidmaatschappen minder prioriteit krijgen. “We moeten heel bewust kijken waar onze inzet het meeste oplevert,” geeft Bouva aan.
Hij verwijst daarbij naar zijn eerdere ervaring als vicevoorzitter van De Nationale Assemblee, waar hij samen met de voorzitter ook processen rationaliseerde. Destijds werd onder meer besloten met welke organisaties het parlement wel of niet zou blijven samenwerken.
Regeringsbreed constateert Bouva dat meerdere ministeries zijn aangesloten bij internationale organisaties, terwijl contributies structureel onbetaald blijven en Suriname soms zelfs niet deelneemt aan jaarlijkse bijeenkomsten. Daarom wil hij in het eerste kwartaal van komend jaar duidelijke prioriteiten vaststellen.
“Het kan niet zo zijn dat wij lid zijn van organisaties, maar onze contributie niet kunnen betalen,” benadrukt de minister. Volgens hem is het tijd om scherpe keuzes te maken, zodat Suriname geloofwaardig en consistent kan blijven in de internationale samenwerking.














