Suriname heeft tijdens de eerste leidersbijeenkomst van de Global Alliance against Hunger and Poverty in Doha, Qatar, een krachtige oproep gedaan voor een fundamenteel andere aanpak van de wereldwijde armoedebestrijding. Delegatieleider en minister van Sociale Zaken en Volkshuisvesting, Diana Pokie, benadrukte dat het tijd is om af te stappen van versnipperde hulpprogramma’s.
Volgens de minister moeten internationale inspanningen veel beter worden afgestemd op nationale prioriteiten. „We moeten af van gefragmenteerde hulp en overstappen op meer gecoördineerde, door landen zelf geleide programma’s,” stelde Pokie. Alleen dan kan armoedebestrijding duurzaam effect sorteren, aldus de Surinaamse delegatie.
Ook de voorzitter van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, Annalena Baerbock, schaarde zich achter deze oproep. In haar openingstoespraak zei zij dat de internationale gemeenschap niet kan doorgaan met business as usual. „Het is tijd om voorbij de retoriek te gaan en te investeren in de veerkracht van landen zelf. Deze nieuwe wereldwijde alliantie moet een katalysator zijn die financiële middelen én handelingsvermogen direct naar de frontlinies brengt,” verklaarde Baerbock.
Tijdens het High Level-debat lichtte minister Pokie toe hoe Suriname armoedebestrijding en voedselzekerheid een centrale plaats geeft in het Nationaal Ontwikkelingsplan 2022-2026 en de Groene Ontwikkelingsstrategie. Daarbij wordt specifiek aandacht besteed aan de positie van Inheemse en Tribale volkeren. Op het gebied van voedselzekerheid wees zij op de kansen van duurzame landbouw. Suriname wil zijn vruchtbare gronden beter benutten om de lokale productie te verhogen en de afhankelijkheid van import te verminderen.
Tegelijkertijd benadrukte de minister de bijzondere positie van Suriname. „Als een van de groenste landen ter wereld begrijpen wij als geen ander dat het beschermen van ecosystemen en het bestrijden van armoede onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn,” zei Pokie. Zij pleitte voor partnerschappen die voorspelbare middelen, technologieoverdracht en capaciteitsopbouw direct via nationale systemen laten verlopen.
De kernboodschap van Suriname was duidelijk: er is een nieuw tijdperk nodig in de internationale samenwerking, waarin beleid en financiering daadwerkelijk aansluiten bij de ontwikkelingsvisies en behoeften van individuele landen. Alleen zo kunnen beloften worden omgezet in tastbare vooruitgang voor de meest kwetsbare groepen.
De bijeenkomst van de Global Alliance against Hunger and Poverty in Qatar, waaraan bijna 200 landen deelnemen, wordt gehouden van 4 tot en met 6 november 2025. De Surinaamse delegatie bestaat verder uit minister Lalinie Gopal van Jeugdontwikkeling en Sport, directeur Elizabeth Bradley van het directoraat Ontwikkelingssamenwerking van het ministerie van Buitenlandse Zaken, Internationale Handel en Samenwerking (BIS) en Daal, eveneens van BIS.










