Tachana Dalger maakte onlangs haar debuut tijdens de Zuid-Amerikaanse spelen (ODESUR), die van 1 tot en met 15 oktober in Asunción, Paraguay zijn gehouden.
De baanwielrenster blikt met gemengde gevoelens terug, maar is wel tevreden met haar persoonlijke vooruitgang. Ze is positief ondanks de financiële ondersteuning beter kon. Dit was volgens haar niet een ideale situatie voor een topsporter, aangezien zij zich zorgeloos verder zou moeten kunnen ontwikkelen.
“Ik heb alvast weinig materiaal en moet heel vaak tools van andere wielrenners lenen om te kunnen trainen en racen. Zelf heb ik ook geen eigen fiets. De fiets die ik gebruik is van het team waar ik in Trinidad train. Ik kan niet veel doen, omdat mijn financiële ondersteuning niet goed is”, vertelt ze openhartig. Dalger schat de maandelijkse kosten voor verblijf in Trinidad op 600 Amerikaanse dollars, dit naast bijkomende kosten.
De wielrenster haast zich door aan te geven dat zij wel een kleine ondersteuning van het Internationaal Olympisch Comité (IOC) ontvangt tot en met 2024. “Dat is een small support om te kwalificeren voor Parijs 2024, maar dat covert nog net mijn verblijf en voeding.” Het Surinaams Olympisch Comité (SOC) betaalt voor haar ticket indien zij aan een evenement moet deelnemen. “Verder is het niet wat het zou moeten zijn”, klaagt ze. Dalger geeft aan dankbaar te zijn met ondersteuning van de Surinaamse Wielren Unie (SWU). Zij helpen zaken in orde te krijgen.
Op de vraag als zij in Trinidad, waar ze woont en traint, een bijbaantje heeft zegt ze: “Neen Ik heb geen ander werk, omdat de sport mijn werk is. Ik doe momenteel fulltime wielrennen, want zo alleen kan je de top halen.” Zij probeert ondanks de gebrekkige middelen haar best te doen. Naar haar zeggen verlopen de trainingen goed. “Ik ben op de goede weg voor wat mijn performance betreft, maar nog niet waar ik moet zijn.”
Debuut
“Ik heb veel kunnen ervaren en veel gezien. Het is een leuke ervaring geweest”, zegt de meervoudige wielrenster van het jaar. Alleen een medaille ontbreekt. Dalger is namelijk bezig aan een ontwikkelingsproces op weg naar de top. “Ik loop niet achter, maar blijf er gewoon naar toe werken.” Volgens de Surinaamse heeft zij binnen vier maanden een behoorlijke vooruitgang kunnen boeken. “Mijn doel is sowieso harder door blijven gaan om de top te halen.”
Ze blikt met gemengde gevoelens terug op haar optreden tijdens de onderdelen sprint en keirin in de Velódromo del COP. “Ik ben tevreden met mijn 200m tijd, maar teleurgesteld in de kwalificatie. Jammer genoeg had ik mij op 0.005 seconden na niet kunnen kwalificeren.” Dalger reed in de kwalificatieronde voor de eerste keer in haar baanwielren loopbaan onder de twaalf seconden op zeeniveau. Zij registreerde van de zestien deelnemers de negende snelste tijd (11.91 seconden). Slechts de eerste acht renners kwalificeerden zich echter voor de kwartfinale.“Ik zal gewoon harder moeten trainen om mijn tijd steeds te verbeteren.”
Ook bij de keirin eindigde het in de kwalificatieronde. Ze finishte van de twaalf deelnemers overall als zevende. Slechts de eerste drie per groep plaatsten zich voor de finaleronde. De Surinaamse finishte in heat 2 als vierde. “Mijn positie was fout en ik heb niet correct gereageerd of mij gepositioneerd in de laatste ronde, waardoor ik als 4e over de finish kwam. Sowieso moet ik beter leren racen in een keirin dan komt alles goed.”
Na de ODESUR keerde zij weer naar Trinidad, waar zij zich verder zal voorbereiden op de Caribische kampioenschappen. Het regionaal evenement wordt midden november op het eiland gehouden. “Daarna is het off season dan ben ik meer in de gym om kracht te ontwikkelen.” Ze kan de verleiding echter niet weerstaan om rond kerst en nieuwjaar richting switi Sranan af te reizen. “Dan ben ik een beetje thuis.”