Duizenden, in en buiten Suriname, kijken reikhalzend uit naar de superbelangrijke WK-kwalificatieclash tegen El Salvador, donderdag in het Essed Stadion. Op papier is alles er voor een mooi eindresultaat: opgewonden fans, spelers die geschiedenis willen helpen schrijven en omstandigheden die in ons voordeel spreken. En om de hoop extra te stuwen: er zijn veel overeenkomsten met 2019, toen Natio voor het eerst de Gold Cup bereikte.
Het is zes jaar geleden dat er voor het laatst een beetje vergelijkbare opwinding was rond Natio. In november 2019 speelde Suriname de laatste twee van zes wedstrijden, met als doel voor het eerst in de geschiedenis van het lokale voetbal kwalificatie voor de Concacaf Gold Cup af te dwingen. De kaarten lagen min of meer zoals ze nu liggen: eerst thuis zo ruim mogelijk winnen. Vervolgens een paar dagen uit, hoe dan ook, weer drie punten pakken en het doel is bereikt.
Met veel publiek in het Andre Kamperveen Stadion, droogt Natio op 15 november met gemak Dominica af met 4-0. Een historisch detail aan die ontmoeting is dat Nigel Hasselbaink, als eerste speler ooit uit de diaspora, een officieel duel in Surinaamse kleuren speelt. En Hasselbaink laat ook direct van zich spreken, met twee assists, een reeks acties en constante dreiging.
Met Hasselbaink in de gelederen kon Natio zich daarna richten op de grootste klus van die kwalificatiereeks: uit winnen van Nicaragua. Dat was nooit eerder gelukt. Voor aanvang van die wedstrijd op 19 november was er wel een enorme meevaller vanwege de uitslag van de andere wedstrijd in de groep, eerder die dag: we hadden plotseling voldoende aan een gelijkspel.
Maar Natio wint toch (1-2), al was het gewoon om een punt te maken. De winnende treffer komt nota bene op naam van Hasselbaink, na een onnavolgbare actie, waarmee voor het eerst een plek op een Concacaf Gold Cup wordt afgedwongen. De diaspora is vanaf dat moment onderdeel van de Surinaamse voetbalgeschiedenis, maar ook van de toekomst.
Zes jaren verder, we zitten weer in november en andermaal is Suriname twee duels – ook weer de eerste thuis en de tweede uit – verwijderd van een enorme mijlpaal. Alleen is alles ditmaal groter, zwaarder, belangrijker en intenser. Nu gaat het om de eerste plaatsing ooit voor een FIFA wereldkampioenschap, het hoogst haalbare in landenvoetbal. Ditmaal zijn er meer spelers uit de diaspora bij; veel meer.
Precies als in 2019 is ook nu de opdracht duidelijk: donderdag 13 november, de thuiswedstrijd versus El Salvador met een zo ruim mogelijk verschil winnen en vijf dagen later, op welke manier dan ook, een zege pakken uit bij Guatemala. Ditmaal kunnen we voor het slotduel niet rekenen op een eventuele meevaller uit de andere ontmoeting in de groep die dag (Panama – El Salvador), omdat de wedstrijden gelijktijdig gespeeld worden. Maar alle andere parallellen met 2019 geven stiekempjes wel hoop dat we een herhaling kunnen krijgen.
In elk geval is er, net als zes jaar geleden, aan morele ondersteuning geen gebrek. Integendeel, de hype in het land is, ongetwijfeld vanwege de grotere kluif die te halen valt, vetter dan in 2019 en de aandacht veel breder. Maar ook de verwachtingen zijn een stuk hoger gespannen. Niet onterecht. Kwalitatief en anderszins is de huidige selectie beter dan die van 2019. Die bestond voor de eerste vier wedstrijden alleen uit lokaal actieve spelers, waarna Hasselbaink voor de laatste twee erbij werd gehaald.
Over aandacht voor het duel van donderdag heeft de Surinaamse Voetbal Bond niets te klagen. Er kwamen in totaal 20.000 aanvragen binnen voor toegangskaarten, terwijl het stadion waar ditmaal de thuiswedstrijd gespeeld werd, het dr. ir. Franklin Essed Stadion, een stuk minder personen kan accommoderen dan het AK-stadion in 2019. Er zijn extra zitplaatsen gecreëerd en toch heeft de SVB daarmee niet eens aan de helft van de vraag kunnen voldoen.
Maar voor personen die niet naar het stadion (kunnen) gaan en ook niet thuis voor de televisie deze speciale wedstrijd willen volgen, zijn er tal van opties en locaties om uit te kiezen en waar naar verwachting veel personen op zullen afgaan. Zelfs in het Nesty Indoor Stadion, naast “Essed”, is er een heuse watchparty gepland. Ongetwijfeld zal het feestgejoel bij doelpunten van Natio doorklinken in NIS en mogelijk omgekeerd.
Hoewel de spelers van Suriname zich begrijpelijkerwijs wat hebben afgezonderd van de hype en de drukte, moet aangenomen worden dat het vuur, dat in hen ontbrandde in en na de laatste ontmoeting, uit tegen Panama (1-1) alleen maar intenser is gaan woeden. Na vier duels staat Suriname op de eerste plaats in Groep-A met zes punten. Tegen de verwachtingen in, eigenlijk.
Voor de start van de reeks van zes derderonde kwalificatiewedstrijden, hadden de meeste kenners Panama getipt als het team dat zich, mogelijk zelfs met enige overmacht, na vier wedstrijden op de eerste plaats zou hebben genesteld. Maar Panama staat nu tweede, eveneens met zes punten, maar wel met een iets minder gunstig doelsaldo dan Suriname.
In 2019 werd Nicaragua getipt als het team dat de groep waarin ook Suriname zat, zou winnen. Nicaragua werd uiteindelijk derde. Hetzelfde lot kan Panama ten deel vallen. Donderdag gaat Panama op bezoek bij Guatemala, dat vijf punten heeft, zelf ook nog kans maakt om de eerste plaats te pakken en dus alle reden heeft om in eigen huis vol te gaan voor de zege.
Maar ook als Panama wint, is het in het voordeel van Suriname. Want in dat geval kan Guatemala op 19 november een tandeloze tijger zijn, een tegenstander die niets meer te winnen heeft en gedemotiveerd aan de aftrap gaat beginnen.
Maar ook een gelijkspel tussen de twee is een gunstig scenario voor Natio, want dan zou tegen Guatemala een gelijkspel voldoende kunnen zijn, net als in 2019. Maar ongeacht wat donderdag in het andere duel gebeurt, wij hebben ons lot in eigen handen.
Als de Natio het publiek donderdag trakteert op een goede wedstrijd, een aantal doelpunten en een overwinning, zal het ook zichzelf een behoorlijke dienst hebben bewezen. Dan zal het met het best mogelijke uitgangspunt afreizen naar Guatemala-Stad. Want dan is het slechts een kwestie van geconcentreerd blijven tegen een tegenstander die ongetwijfeld voor ons te verslaan is, en afmaken.
Het enige waar wij nog voor moeten duimen: dat coach Stanley Menzo voor de twee resterende duels de beste startopstelling kiest, op de juiste momenten de ingrepen pleegt die nodig zijn, indien ze nodig zijn. Of als het goed loopt, de boel met rust laten en de spelers de klus laten afmaken. In dat opzicht alleen nog moet er een parallel getrokken worden tussen 2019 en nu, om, net als in november zes jaar geleden, namens ons voetbal, het land en het Surinaamse volk een volgende historische stap te zetten.









