Een conflict tussen drie vrienden nam een onverwachte wending toen een onbekende man (Eric S.) zich in de ruzie mengde. Ze keerden zich tot de man en sloegen hem tot bloedens toe, waarna hij gewond midden op straat werd achtergelaten. Als klap op de vuurpijl werd het slachtoffer door een auto overreden, met fatale gevolgen.
De bestuurder reed door en is nooit achterhaald. Ameer H., Surinderkumar S. en Zameer M. zijn op vrijdag 1 december 2023 door de rechter ondervraagd over hun betrokkenheid bij de mishandeling.
Volgens het relaas van de verdachten waren ze op de bewuste avond in maart van dit jaar samen met hun gezinnen met de auto op pad geweest. Op de terugweg stopten ze bij een bettingshop zodat Zameer M. tegoed kon kopen. Toen hij te lang bleef, begonnen de andere mannen zich te ergeren. Dit leidde tot een handgemeen tussen hem en Surinderkumar S. Ameer H. probeerde de twee uit elkaar te halen. Voordat ze het wisten, had een vierde man zich op de een of andere manier in de ruzie gemengd. Ze hadden deze man al gezien toen ze bij de bettingshop aankwamen, maar hij was onbekend voor hen.
Alle drie mannen hebben toegegeven het slachtoffer te hebben geslagen of getrapt. De beelden zijn eerder in de rechtszaal getoond. Zameer M. heeft ook toegegeven dat hij het slachtoffer een slag met een stuk hout op het hoofd heeft toegebracht, bewerend dat de man hem eerst had aangevallen.
Na het verhoor van de verdachten verklaarde de rechter dat er sprake was van zinloos geweld. Het was voor de magistraat onvoorstelbaar dat de mannen met hun vrouwen en kinderen waren en toch besloten iemand te omsingelen en te mishandelen.
Mr. Irvin Kanhai is de raadsman van alle drie verdachten. Zijn verzoek aan de rechter tot opheffing van de voorlopige hechtenis stuitte op verzet van de openbare aanklager. Volgens Kanhai is een medische verklaring onmisbaar als bewijs voor openlijke geweldpleging en zware mishandeling. Omdat deze verklaring volgens de raadsman ontbreekt in het dossier, zouden de ten laste gelegde feiten niet te bewijzen zijn. Hoewel het obductierapport enige informatie bevat over de doodsoorzaak, beweert Kanhai dat het OM alleen daarvan gebruik mag maken als kan worden aangetoond dat de fatale verwondingen het gevolg zijn van mishandeling door de verdachten.
De Officier van Justitie heeft gereageerd door te verwijzen naar de geneeskundige verklaring van een arts die in lijn zou zijn met de verklaringen van de verdachten en de videobeelden. Vanwege de ernstige bezwaren van het OM tegen voorlopige vrijlating van de mannen, verzocht de aanklager de rechter het verzoek af te wijzen.
De rechter heeft het verzoek afgewezen. De behandeling van de zaak zal worden voortgezet in de laatste week van januari 2024.