De Vereniging Surinaams Bedrijfsleven (VSB) bracht op 14 november 2025 in Radisson Hotel Paramaribo overheid, bedrijfsleven, wetenschap en internationale partners samen voor het Srefidensi Private Sector Congress. Centraal stond de vraag hoe Suriname de volgende 50 jaar duurzaam kan bouwen.
In het kader van 50 jaar staatkundige onafhankelijkheid organiseerde de VSB het Srefidensi Private Sector Congress 2025, onder het thema “Building the next 50 years on a sustainable foundation”. De bijeenkomst bood een inhoudelijke terugblik op vijftig jaar ontwikkeling en vooral een vooruitblik op de koers voor de komende decennia.
Gavin Ooft (Suriname Economic Oversight Board) zette de toon met een datagedreven schets van de macro-economische evolutie: van bauxiet naar goud en binnenkort olie, zonder structurele transformatie. Daardoor blijft de economie gevoelig voor prijsvolatiliteit en geopolitieke schokken. De arbeidsmarkt groeide beperkt mee; overheidsemployment domineert, terwijl landbouw en industrie achterblijven. Ooft pleitte voor een omslag naar een waarde-economie, rustend op sterke instituties, gerichte investeringen in human capital en ondernemerskracht, met innovatie en publiek-private samenwerking als motor.
Debat over veerkracht en institutionele vernieuwing
In de aansluitende paneldiscussie, gemodereerd door Karin Refos, gingen Rekha Bissumbhar (VSB), Karel Eckhorst (IMF), Saira Jahangir-Abdoelrahman (Centrale Bank van Suriname) en Steven Debipersad (VES) in op de structurele kwetsbaarheden en kansen. Jahangir-Abdoelrahman benadrukte de noodzaak van een meerjarenontwikkelingsraamwerk.
VSB-voorzitter Bissumbhar stelde dat natuurlijke rijkdom an sich een land niet rijk maakt en legde vijf prioriteiten op tafel: zelfreflectie, een overkoepelende langetermijnvisie met parlementaire verankering, ‘skilling the nation’ vanuit een capability-first aanpak, beleidsgericht faciliteren van economische diversificatie, en een robuust overlegmodel tussen overheid, private sector, vakbeweging en maatschappelijke organisaties.
VES-voorzitter Debipersad wees op het uitblijven van waardecreatie in de afgelopen jaren: zonder koerswijziging blijft het verhaal hetzelfde. IMF-vertegenwoordiger Eckhorst stelde dat zonder institutionele hervormingen geen duurzame macro-economische ontwikkeling mogelijk is. Hij herinnerde aan eerdere analyses die lieten zien dat veel instituties historisch extractief waren ingericht: geschikt om waarde te exporteren, niet om nationale ontwikkeling te dragen. Dat vertaalt zich vandaag in scheve verhoudingen tussen kapitaal en arbeid en in afhankelijkheid van multinationals.
Politiek-bestuurlijke evolutie: naar breed gedragen sturing
Het tweede panel, onder moderatie van Jeff Cramer, werd ingeleid door een keynote van Hans Lim A Po (FHR Institute for Higher Education). Hij bepleitte een zorgvuldige machtsbalans tussen staat en samenleving, gedragen door een gedeelde langetermijnvisie, collectief politiek leiderschap en ambitieuze maatschappelijke afspraken.
Panelleden Andrew Baasaron (minister van EZOTI), historicus Maurits Hassankhan, Sharda Ganga (PROJEKTA) en advocaat Serena Essed bespraken de ontwikkeling van het bestuurlijke klimaat sinds Srefidensi. Baasaron stelde de vraag waarom civil society in het Tripartite Overleg vaak ontbreekt en pleitte voor een structureel vierpartijenmodel. Ganga benadrukte dat sommige vraagstukken juist directe, participatieve planning en uitvoering vergen: maatschappelijke organisaties, vakbeweging en bedrijfsleven moeten – ook zonder vriendschap – effectief samenwerken en als serieuze gesprekspartner optreden.
Reflectie en nieuwe impuls voor goed bestuur
In zijn reflectie schetste Gaetano Best een optimistisch maar realistisch perspectief: vooruitgang is mogelijk als burgers, overheid en organisaties gezamenlijk verantwoordelijkheid nemen en instituties professioneel worden bestuurd. Goed bestuur is geen luxe, maar een voorwaarde om misbruik en wanbeheer te voorkomen en publieke waarde te borgen.
Best kondigde de oprichting aan van het Centrum voor Goed Bestuur, in samenwerking met VSB en PROJEKTA. Het centrum moet governance, transparantie en maatschappelijke verantwoording versterken en zo bijdragen aan duurzame, inclusieve ontwikkeling in de komende vijftig jaar.













