Hoofdverdachte in de 8 december moordzaak, Desi Bouterse, zei dinsdag na afloop van het proces dat hij zich niet druk maakt om de zaak. “Sinds de tijd kennen we deze zaak. Ik dacht dat er wat bijzonderheden bij waren”, zei hij kalm aan journalisten toen hij zijn voertuig instapte onder zware beveiliging.
Verder verwees de verdachte naar zijn raadsman Irwin Kanhai. Bouterse hoorde vandaag nog eens 20 jaar tegen hem geëist door de procureur-generaal, wat is komen bij kijken in hoger beroep is dat een directe gevangenneming is gelast.
Kanhai voerde op zijn beurt aan dat de verdediging haar pleidooi zal houden en het requisitoir van het Hof van Justitie zal ontzenuwen. Tegen de andere vier verdachten Iwan Dijksteel, Stephanus Dendoe en Ernst Gefferie is nu in hoger beroep 20 jaar geëist. De eisen van het viertal zijn zwaarder geworden. Kanhai zegt dat hij wel wat verrassingen in petto heeft voor de komende zitting.
De jurist vroeg twee maanden ruimte aan het HvJ om het dossier goed te bestuderen. Hij stelt dat er geen voorwaarden zijn opgelegd om bijvoorbeeld het paspoort van Bouterse in te houden vanwege vluchtgevaar bij wijze van spreken om het verder proces te garanderen. Kanhai stelt dat hij zich kan voorstellen dat het Openbaar Ministerie een voorstel moet uitvoeren als die dat gesteld hebben ten einde raad.
Advocaat van de nabestaanden, Hugo Essed, zegt dat het vandaag in duidelijke taal bekendgemaakt is door de procureur-generaal dat de verdachten allemaal medeplegers zijn van de moord op 15 mannen in het Fort Zeelandia. “Duidelijk is dat het onder voorbedachten rade is gepleegd.” Ten aanzien van de bewijsvoering kan volgens de jurist gezegd worden dat uit bewijs van verdachtenverklaringen.
Nog bijzonder is volgens Essed dat vooral de interviews die door de hoofdverdachte Bouterse zijn afgenomen bij de slachtoffers Kamperveen en Slachtveer onder dwang zijn afgelegd in december 1982. Op het moment dat deze slachtoffers ondervraagd werden, waren bepaalde van de slachtoffers al vermoord. Dit houdt in dat Bouterse dus een dikke vinger in de pap had, hetgeen als een nieuwe omstandigheid voor Bouterse gezien wordt.
Over het commentaar van Kanhai dat het OM geen bewijs heeft dat Bouterse en zijn medeverdachten niet onder voorbedachten rade hebben geopereerd, zegt Essed dat er genoeg bewijs is geleverd. Wie het dossier kent, vindt genoeg bewijs om zelf te concluderen dat de verdachten samen de plannen hebben beraamd.