Er is veel dat anders is bij Qatar 2022. De periode waarin het WK wordt gehouden en de aanhoudende negatieve kritiek op het gastland, zijn zaken die voetbalfans niet gewend zijn. Er is wel tenminste één ding dat niet is veranderd.
Brazilië, Frankrijk, Duitsland, Portugal en Spanje zijn weer de grote favorieten voor de titel. Nederland, Argentinië, Engeland, België en Kroatië volgen daarna. In dit artikel een analyse van de kansen van Brazilië, Frankrijk, Duitsland, Portugal en Spanje.
In 2010 was Spanje, toen regerend Europees kampioen, favoriet voor de wereldtitel. Spanje won ook de wereldbeker. In 2014 werd Spanje weer getipt als winnaar. Maar, de regerend wereldkampioen bereikte, tot de verbazing van velen, niets eens de knock-out fase. Duitsland werd wereldkampioen. In 2018 was Duitsland één van de topkandidaten, maar strandde, net als Spanje vier jaar eerder, al in de groepsfase. Frankrijk, met een adembenemende selectie, pakte de titel. Nu denken veel deskundigen dat Frankrijk de beste papieren heeft om wereldkampioen te worden en dus de titel van vier jaar geleden te prolongeren.
De Fransen hebben een ongekend aantal van de beste spelers op aarde in de nationale ploeg en uitgaande daarvan zijn de verwachtingen, ook van fans, niet onterecht. Brazilië, Duitsland, Portugal en Spanje zijn de enige landen op dit toernooi die Frankrijk in kracht kunnen naderen. Van deze groep is mogelijk Duitsland de minste.
5: Duitsland, ultieme toernooidieren, viermaal wereldkampioen.
Ze behoren altijd wel tot de titelkandidaten. Al is het maar vanwege hun reputatie en prestaties op grote toernooien, de mentaal sterke Duitsers worden altijd gezien als kanshebbers voor de hoogste prijs. Ook tijdens Qatar 2022 wordt rekening gehouden met een sterk Duitsland. Het team barst vooral van jonge talenten en jonge spelers die zich nog niet hebben kunnen bewijzen op een WK. Leroy Sane (26) en Jamal Musiala (19) (beiden van Bayern München), Youssoufa Mukoko, (17, Borussia Dortmund) en Kai Havertz (23, Chelsea) gaan al stevig mee op het hoogste niveau met hun clubs. Dat ze individueel goed zijn, zullen weinigen nog betwisten.
Hoe goed zij samen kunnen zijn bij de nationale selectie van Duitsland, moet nog blijken. Van alle spelers heeft de spectaculaire dribbelaar Sané misschien de beste reden om extra gemotiveerd te zijn. Hij werd, tot verbazing van veel fans, niet opgenomen in de Duitse ploeg, vier jaar geleden, toen de titel van 2014 verdedigd moest worden. Duitsland werd in de groepsfase al uitgeschakeld en het ontbreken van een creatieveling als Sané was volgens kenners één van de oorzaken. De linkspoot zal er daarom extra zin in hebben en dat kan zijn team goed gebruiken.
Duitsland heeft wel twee zwakke plekken: 1. De gretige jonge talenten hebben weinig toernooi-ervaring met de nationale selectie en dat zou een rol kunnen spelen. 2. Middenvelder Joshua Kimmich is een genie en alleskunner. Maar, de Duitsers zijn in hun spel wel erg afhankelijk van hem geworden. In de opbouw gaat veel van het spel via Kimmich, die vrijwel altijd de juiste beslissingen schijnt te nemen. Hij weet zich uit bijna elke situatie te dribbelen en zijn passes zorgen ervoor dat zijn medespelers makkelijk kunnen versnellen in de aanval.
Maar Duitsland’s afhankelijkheid van Kimmich, is ook hun potentiële zwakte. De tegenstander die hem uit de wedstrijd kan dekken, kan Duitsland bedwingen. Maar, het is uiteindelijk toch Duitsland, viervoudig wereldkampioen, bij uitstek toernooi voetballers. Dat is reden genoeg om ze ook deze keer tot de favorieten te rekenen. (eerste wedstrijd: Duitsland – Japan, 23 nov, 10:00)
4: Portugal, Ronaldo’s team.
Kenners zouden mogelijk eerder Spanje op plek vijf hebben geplaatst en dat zou, op basis van de krachtsverhouding en ervaring, misschien terecht zijn. De Portugezen hebben een selectie die overloopt van topkwaliteit en ervaring en hun rol als titelkandidaat is daarom ook terecht. Maar, van de vijf grootste kanshebbers is Portugal de enige die de wereldtitel nooit eerder heeft gewonnen. De rest heeft in dat opzicht dus een streepje voor. Maar de grootste potentieel negatieve factor, bij het wegen van Portugal’s kansen voor Qatar 2022, is Cristiano Ronaldo.
Niemand zal het ontkennen: Ronaldo is Portugal en Portugal is Ronaldo. Deze superster, bij leven al de grootste voetballer die Portugal heeft voortbracht, is de laatste 15 jaar de onbetwiste leider van zijn land geweest. Met succes, want in 2016 werd Portugal voor het eerst Europees kampioen. Twee jaar daarna wonnen Ronaldo en Portugal ook de eerste editie van UEFA Nations League. CR7 heeft jarenlang zijn niveau als beste voetballer van de wereld, meegenomen naar de nationale ploeg en dat heeft zijn land succes gebracht. Maar, nu gaat het minder goed met Ronaldo – ondertussen al 37 jaar – en dan is het niet vreemd dat Portugal dan ook minder is gaan presteren.
De vijfvoudig winnaar van de gouden bal, heeft de laatste jaren de ondersteuning van topspelers als Joao Cancelo, Joao Felix en Bernardo Silva. Maar, omdat Ronaldo zo groot is, heeft geen van hen zich echt kunnen ontwikkelen tot een leider die zou kunnen overnemen van hun nummer 7. Portugal bleek de laatste 12 maanden zelfs kwetsbaarder dan daarvoor. In 2021, in de laatste WK kwalificatiewedstrijd moest Portugal, in eigen huis, slechts gelijkspelen tegen Servië om zich direct te plaatsen voor Qatar 2022. Maar Servië won thuis bij Ronaldo, met 2-1 en pakte daarmee de rechtstreekse ticket voor het WK.
Portugal moest zich uiteindelijk via de play offs plaatsen. In september 2022 had Portugal, in eigen huis, tegen Spanje, in de laatste UEFA Nations League kwalificatiewedstrijd, genoeg aan een gelijkspel om hun groep te winnen en zich te plaatsen voor het eindtoernooi in 2023. Spanje was beter. Het scoorde in blessuretijd het enige doelpunt van de wedstrijd en kaapte, voor de neus van de fans van Portugal, de ticket voor de eindronde weg.
Ronaldo is niet de speler van vijf jaar geleden en de nationale ploeg van zijn land, is daardoor ook minder gaan presteren, lijkt het. Er is zich daarnaast ook een nieuw schandaal aan het ontwikkelen rond Ronaldo, wat misschien negatieve invloed zou kunnen hebben op de prestaties van de selectie van Portugal tijdens Qatar 2022. Ronaldo heeft in een recent interview harde kritiek en beschuldigingen geuit waarbij zijn trainer bij Manchester United, Erik ten Hag en de leiding van de club, het moesten ontgelden.
Veel ManU fans vinden Ronaldo verkeerd en er dreigt een behoorlijke storm rond zijn persoon te ontstaan. Vanuit de leiding van Portugese nationale selectie is hierop gereageerd door te stellen dat deze ontwikkeling geen invloed zal hebben op de selectie van Portugal. Als dat wel gebeurt, zo het een pijnlijke afgang kunnen worden voor Portugal en CR7. (eerste wedstrijd: Portugal – Ghana, 24 nov, 13:00)
3: Spanje, de meesters van mooi voetbal.
De wereldkampioen van 2010 heeft zich, sinds hun eerste wereldtitel, gehandhaafd in de absolute top van de wereld. De selectie, die sinds juli 2018 onder leiding staat van bondscoach Luis Enrique, heeft de Spaanse voetbal identiteit ook behouden. Technisch uitstekende en creatieve spelers die weten hoe samen een tegenstander, in een wedstrijd van 90 minuten, eronder te krijgen. In de halve finale van het Europees kampioenschap van 2020 (gespeeld in juni 2021) was Spanje beter dan Italië, ondanks de Italianen uiteindelijk wonnen.
Daarom waren coach Enrique, de fans en de Spaanse pers na afloop, ondanks de teleurstelling, ook gewoon trots op de nationale ploeg. Niets veranderen, was de eindconclusie. Gelukkig, want als er één team is dat bijna altijd aantrekkelijk voetbal speelt, is dat Spanje wel. Altijd willen aanvallen, altijd dominant en als het kan, altijd aan de bal. En er is ook een ongeschreven voetbalregel bij de Spanjaarden: het moet niet alleen goed zijn. Het moet ook mooi zijn.
Spanje heeft in zijn WK selectie nu bovendien een paar speciale talenten: Ansu Fati, Pedri en Gavi van Barcelona. Zij hebben reeds laten zien dat zij het kunnen opnemen tegen de meest ervaren wereldtoppers. Alle drie maakten al op hun 16e en 17e hun debuut als basisspeler bij hun club en de nationale ploeg. Pedri en Gavi wonnen ook de FIFA prijs voor het beste opkomende voetbaltalent.
Pedri, Fati en Gavi zijn typische Spaanse voetballers: technisch sterk, stijlvol, speels, brutaal en creatief. Vooral spelmaker Pedri, die met zijn individuele klasse en voetbalintelligentie zijn ploeg en zichzelf aan de gang kan krijgen, geniet veel vertrouwen van de trainer. Hij was tijdens het EK al de gangmaker op het middenveld. Door overbelasting – hij speelde in 2021, direct na het EK, ook de Olympische Spelen met Spanje – raakte hij geblesseerd en moest lang revalideren. Maar, Pedri verkeert al weken weer in goede vorm. Het wordt zeker weer smullen met hem, Gavi, Fati en de rest. In elk geval weten voetbalfans bijna zeker dat zij, wanneer Spanje speelt, een titelkandidaat te zien krijgen die gelooft in mooi voetbal. (eerste wedstrijd: Spanje – Costa Rica, 23 nov, 13:00)
2: Brazilië: 5 titels, record wereldkampioen.
Brazilië is ongetwijfeld het grootste voetbal WK-land en had ook als nummer één kunnen staan op deze lijst. Zij waren aanwezig op elk WK en hebben altijd spelers die goed genoeg zijn voor een WK. De Brazilianen hebben nu zelfs een overschot aan topvoetballers. Dat coach Tite van ‘de goddelijke kanaries’ het zich kon permitteren om aanvaller Roberto Firmino van Liverpool niet mee te nemen naar het WK, zegt alles.
Keepers Ederson en Allison Becker, verdedigers Thiago Silva, Eder Militao en Marquinhos, middenvelders Fabinho, Casemiro en Lucas Paqueta en aanvallers Vinicius junior, Gabriel Jesus en Neymar zijn slechts een paar van de spelers die op het hoogste niveau spelen en grote prijzen winnen. Potentie en kwaliteit te over.
Bij Brazilië zal het voornamelijk gaan om de vorm van de dag en het vermogen van coach Tite om iedereen in dezelfde richting te laten voetballen. Als dat lukt, kan ‘O Selecao’ mogelijk zijn zesde titel binnenhalen. Maar, Brazilië krijgt waarschijnlijk zijn grootste uitdagingen van binnen uit. Daarbij is er een belangrijke vraag: kan Neymar zijn ego voor een paar weken aan de kant zetten en de nationale selectie dienen? Neymar is belangrijk voor Brazilië en hij is een bijzondere voetballer. Maar, Neymar maakt zich vaak belangrijker dan zijn teams en daar weten ze bij zijn club Paris Saint Germain ondertussen alles van. Aanstellerij, haantjesgedrag, tegenstanders onnodig uitdagen en ze ook belachelijk maken.
Neymar is om het laatste zelfs een paar keer met blessures uit wedstrijden geschopt door ‘gekwetste’ tegenstanders. Tijdens het WK van 2018, waarin Brazilië in de kwartfinale werd uitgeschakeld, trok Neymar negatief de aandacht door, bij overtredingen van tegenstanders, overdreven te reageren. Die versie van Neymar kan ondermijnend werken. Maar ook Real Madrid aanvaller en Champions League winnaar Vinicius jr, vertoont al enkele weken divagedrag. Het zijn deze factoren die Brazilië de das om kunnen doen want voetballend zullen er niet veel teams zijn, die de vijfvoudig wereldkampioen grote problemen zullen kunnen bezorgen. (eerste wedstrijd: Brazilië – Servië, 24 nov, 16:00)
1: Frankrijk, back to back?
Er is een behoorlijke kans dat de regerend wereldkampioen zijn titel prolongeert. Het zal dan wel pas de tweede keer ooit zijn dat een land zijn wereldtitel succesvol verdedigt. Brazilië deed dit in 1962, toen de titel van 1958 werd behouden.
Direct met de deur in huis vallen: er is in feite geen enkele zwakke linie bij de Fransen. Bovendien is een behoorlijk deel van de spelers, die vier jaar geleden de wereldtitel veroverden, er weer bij. Een team met onder andere de ervaren aanvoerder keeper Hugo lloris, verdedigers Theo Hernandez, Jules Kounde en Dayot Upamecano, middenvelders Aurelien Tchouameni, Eduardo Camavinga en Adrien Rabiot en aanvallers Karim Benzema, Christopher Nkunku en Kylian Mbappe zal elke tegenstander onrustig maken. In dit opzicht kan alleen Brazilie zich echt meten met de Fransen. Maar, in tegenstelling tot de Brazilianen, heeft Frankrijk het geluk geen spelers met een extra large ego in de selectie te hebben. Dat is een voordeel.
De kritiek die fans in 1918 wel hadden was dat het spel mooier moest. Fans vragen deze keer meer flair en meer lef. Le Blues moet, net als buurland Spanje in 2010, winnen met overmacht en mooi voetbal, vinden veel fans. Misschien laat coach Didier Dechamps, na het winnen van de wereldtitel in 2018, de teugels deze keer wat meer vieren. Misschien komt er meer ruimte voor positiewisselingen, mooie combinaties en creativiteit. Ze hebben in elk geval wel de spelers die kunnen entertainen.
Voor de Franse selectie zijn er twee dingen die de motivatie in de selectie in de juiste richting kunnen stuwen. Ten eerste, Les Blues wil voorkomen om, bij het verdedigen van hun wereldtitel, weer vroeg in het toernooi uitgeschakeld te worden. Dat gebeurde tijdens het WK van 2002, vier jaar na het winnen van hun eerste wereldtitel. Frankrijk werd toen al in de eerste ronde uitgeschakeld. Overigens, Spanje, wereldkampioen 2010 en Duitsland, wereldkampioen 2014, overleefden, in 2014 en 2018 respectievelijk, beiden de eerste ronde van hun titelverdediging niet. Frankrijk wil de twee vorige wereldkampioenen niet na doen.
De belangrijkste motiverende factor voor de Fransen kan mogelijk zijn de aanwezigheid van hun superster, aanvaller Karim Benzema. De spits was vier jaar geleden uit de selectie gelaten vanwege een strafrechtelijk onderzoek in een zaak waarin de Franse ex-international, Mathieu Valbuena, slachtoffer was van afpersing. Benzema was verdachte en werd daarom gepasseerd door bondscoach Didier Deschamps. Voor de aanvaller was het pijnlijk geen deel te zijn van het wereldkampioenschap van 2018. Maar, Benzema, de kersverse FIFA wereldvoetballer van het jaar, werd vrijgesproken en is weer helemaal terug, met een recente La Liga en Champions League titel op zak.
Benzema, 34 jaar, is altijd gedreven maar hij zal nu extra gemotiveerd zijn, ook omdat het waarschijnlijk zijn laatste wereldkampioenschap wordt. Hij gaat de komende weken ook de emotionele leider moeten zijn omdat Paul Pogba, één van de belangrijkste dragers van het team van 2018, vanwege een blessure ontbreekt. Benzema mag daarbij rekenen op collega aanvallers Mbappe, Olivier Giroud en Nkunku die alle drie in de laatste weken vaak hebben gescoord. Als de Fransen, met al het vuurkracht dat ze hebben meegenomen naar Qatar 2022, het vuur in de groep kunnen stoken, zal prolongatie van hun titel moeilijk te stoppen zijn. (eerste wedstrijd: Frankrijk – Australië, 22 nov, 16:00)