De roep naar de instelling van een onafhankelijke verkiezingsautoriteit wordt steeds luider, maar de implementatie ervan zal geen garantie bieden op eerlijke verkiezingen. Dit deelt onderminister Maurits Hassankhan van Binnenlandse Zaken mee in To The Point.
De bewindsman zegt dat vooral na de verkiezingen van 25 mei de instelling van zo een instantie noodzakelijk is geworden, want er worden steeds verwijten gemaakt door de partijen van corruptie. “Ik hoop dat de politieke partijen, die erom vragen, werk van maken om dit te realiseren.”
Hij stelde dat de intentie van de politieke partijen, die aan de macht zijn, een belangrijke rol zal spelen tot het in leven roepen van deze autoriteit. Hassankhan concludeert dat als partijen in de oppositie zitten er naar een onafhankelijk verkiezingsautoriteit wordt gevraagd, maar als diezelfde partijen in de coalitie zitten wordt er geen werk van gemaakt. Persoonlijk vindt hij dat zo een autoriteit inderdaad ingesteld moet worden, want de voordelen zijn groter dan de nadelen.
De onderminister haast zich om te zeggen dat een instelling van zo een autoriteit geen garantie zal geven op eerlijke verkiezingen. Hij haalt het voorbeeld van Guyana aan, waar zo een autoriteit aanwezig is en bij de vorige verkiezingen het maar liefst zes maanden heeft geduurd om de uitslag vast te stellen.
Volgens hem gaat erom hoe goed de verkiezingen georganiseerd zullen worden en hoe de onafhankelijkheid van zo een autoriteit gegarandeerd kan worden. “Dit orgaan moet niet beïnvloed worden door de regering, hierdoor zal het wantrouwen bij politieke partijen minder worden.”