Suriname staat op een kruispunt. Na drie jaar van pijnlijke hervormingen om ons land van de financiële afgrond te redden, is het nu aan het volk: behouden we deze koers, of geven we het stuur terug aan degenen die het land eerder naar die afgrond hebben geleid? De wereld kijkt toe. Gaan wij als Surinamers bewijzen dat we wijs zijn – of juist het tegenovergestelde?
Van wanbetaling naar herstel
In 2020 ging Suriname failliet. De regering kon haar internationale schulden niet meer betalen. Leningen op de internationale markt waren onmogelijk, omdat Suriname als wanbetaler bekendstond. De huidige regering nam het roer over en trof keiharde maatregelen. In 2021 sloot Suriname een driejarig akkoord met het Internationaal Monetair Fonds (IMF), ter waarde van USD 673 miljoen – de enige uitweg uit de financiële ramp.
Vandaag is dat programma succesvol afgerond. Het IMF heeft Suriname geprezen: de inflatie is gedaald, de economie groeit voorzichtig en de schuldenlast is gestabiliseerd. Suriname wordt internationaal erkend als een voorbeeld van economisch herstel. Deze geloofwaardigheid is rechtstreeks te danken aan de moedige koers van de regering.
Het volk als held van dit herstel
Maar deze cijfers verbergen niet de offers van het volk. De afschaffing van subsidies, devaluatie van de SRD en bezuinigingen raakten elk huishouden. De inflatie piekte in 2022 boven de 50%. Het protest van februari 2023 was begrijpelijk: velen leden onder de harde maatregelen.
Toch zijn het juist de Surinamers die – ondanks alles – de rug recht hielden en doorzetten. Díe veerkracht verdient lof.
De hervormingen waren zwaar, maar noodzakelijk. Zonder IMF-hervormingen zouden onze kinderen vandaag armer zijn. De inflatie is intussen gedaald naar enkelcijferige percentages en het economisch vertrouwen keert voorzichtig terug. We hebben het onmogelijke gepresteerd.
De dreiging van terugval
En toch: het gevaar is niet geweken. Het verleden leert ons dat één verkeerde regering genoeg is om het land opnieuw de afgrond in te duwen. De vorige machthebbers lieten torenhoge schulden achter, misbruikten staatsmiddelen en lieten begrotingstekorten ontsporen. Daarom werd Suriname uitgesloten van de financiële markten.
We mogen deze periode niet vergeten. Het zou onverantwoord zijn om dezelfde mensen opnieuw aan de macht te brengen. De hervormingen van vandaag kunnen morgen weer ongedaan worden gemaakt – en dan begint de ellende opnieuw.
Kiezen we voor stabiliteit, of laten we ons opnieuw verleiden door loze beloften?
Lessen uit Barbados
Kijk naar Barbados. Toen premier Mia Mottley – geliefd, zelfs bij oppositiepartijen – daar in 2018 aantrad, zat het land diep in de schulden. Net als Suriname koos zij voor een IMF-programma, met pijnlijke hervormingen. En wat deed het volk? Het herkoos haar in 2022 met een verpletterende meerderheid, omdat men inzag: zij heeft het land gered.
Barbados wordt nu internationaal geprezen, en haar burgers kozen wijs. Waarom zouden wij dat niet kunnen?
Huidige regeringskoers en wereldwijde erkenning
De huidige regering bewandelde hetzelfde pad. Zij maakte moeilijke keuzes, herwon het vertrouwen van internationale instellingen en bracht stabiliteit. De Centrale Bank werd hervormd, schulden zijn heronderhandeld en corruptie werd aangepakt – dit alles zonder de steun van een rijke economie, maar met moed en visie.
Het IMF en andere organisaties zijn duidelijk: Suriname is op de goede weg. Maar dit kan alleen zo blijven als we vasthouden aan verstandig bestuur. Het volk moet nu kiezen: doorgaan of terugvallen.
De keuze is aan ons
Deze verkiezingen bepalen onze toekomst. Gaan we de leiders steunen die ons door de crisis hebben geloodst, of kiezen we voor hen die bewezen hebben het land te verkwanselen?
Gaan we tonen dat we geleerd hebben van het verleden, of geven we Suriname weer uit handen?
Dit is geen propaganda. Dit is een simpele oproep tot gebruik van uw gezond verstand. Het is onze verantwoordelijkheid als burgers. Niet voor een partij, maar voor ons land.
Laat de wereld zien dat Surinamers níét dom zijn; dat Surinamers intelligent zijn; dat Surinamers een denkvermogen hebben. Dat we begrijpen wat er op het spel staat. Dat we ons eigen herstel respecteren. En dat we kiezen voor een stabiel, welvarend Suriname.
Ameerani Jarbandhan – VHP DNA-KANDIDAAT