Het gewapende conflict is deel van een zwarte bladzijde in de Surinaamse geschiedenis. De gesneuvelde militairen hebben zware offers gebracht en moeten als onze helden gezien worden.
Dit stelde legerbevelhebber Werner Kioe A Sen gisteren tijdens de herdenkingsceremonie ter nagedachtenis van de gesneuvelde militairen van het binnenlandse gewapende conflict. De functionaris stelt dat de gesneuvelde militairen hebben betaald met het hoogste goed.
Kioe A Sen geeft verder aan dat hij ingenomen is dat jongeren nog steeds ervoor kiezen om het land te dienen. “Zoals het er aan toe gaat maakt elke jonge republiek periodes mee van groei die gekenmerkt kunnen worden door groeipijnen, leed en offers.”
De bevelhebber geeft aan dat de periode van 1986 tot en met 1992, die we kennen als het binnenlandse conflict, is er een die de ontwikkeling van de natie deuken heeft toegebracht. Ad interim-minister van Defensie Amar Ramadhin geeft aan dat 32 jaar geleden een donkere periode in de geschiedenis begon. Hij stelt dat het binnenlandse conflict deel uitmaakt van de jonge geschiedenis van Suriname.
De minister zegt dat het binnenlands conflict heeft getoond hoe belangrijk het is om samen te staan. Hij benadrukt dat het van essentieel belang is dat de Surinaamse natie de gevallenen blijft herdenken. “Door samen te komen, hun verhaal te delen en de namen van de gesneuvelden te noemen.”
Ramadhin geeft aan dat het blijven herdenken een manier is om de nagedachtenis in leven te houden. Herdenking is volgens de bewindsman een manier om te tonen dat de samenleving niet vergeten is wat gebeurd is en dat er een streven is om zulke zaken niet te laten herhalen. “Laten wij niet alleen stilstaan bij het verdriet, maar ook bij de kracht en veerkracht van de menselijke geest.”